In onderstaand voorbeeld is de eerste afdrukpagina "2" en het beginnummer "3".

In de volgende procedure is "P1, P2..." geselecteerd, maar dit maakt geen verschil voor de andere stijlen die u kunt kiezen.
Druk op [Wijzigen] onder Nummering wijzigen.
Druk op [1e af te drukken pag.], voer het paginanummer van het origineel in waar vanaf moet worden begonnen met afdrukken en druk vervolgens op de toets [
].

Druk op [1e af te drukken nr.], voer met de cijfertoetsen het paginanummer in waarmee u de paginanummering wilt laten beginnen en druk vervolgens op de toets [
].
Druk op [Laatste nr], voer het nummer van de pagina met de cijfertoetsen in, waarop de nummering moet stoppen en druk vervolgens op de toets [
].
Als u alle pagina's tot het einde wilt nummeren, drukt u op [tot het eind].
Als u het nummer wilt wijzigen dat u heeft ingevoerd, drukt u op [Wissen] en voert u vervolgens een nieuw nummer in.
Als u alle instellingen heeft ingevoerd, drukt u op [OK].
Druk twee keer op [OK].
![]()
Het laatste nummer is de laatste af te drukken pagina. Bijvoorbeeld, als het totaal van Alle pagina's tien is, u maximaal zeven pagina's wilt afdrukken en u vanaf pagina 8 niet wilt afdrukken, voert u "7" in bij Laatste nr. Anders hoeft u het nummer niet in te voeren.
U kunt een waarde instellen van 1 tot 9999 voor 1e af te drukken pag., 1e af te drukken nr. en Laatste nr..