Handleidingen
Inhoud
Vorige
Volgende
| | | |
| |||
| |||
| | | |
| HandleidingenInhoudVorigeVolgende | | |
Ga als volgt te werk om een clientcomputer voor de bestemming te zoeken en te selecteren.
Druk op de toets [Zoek bestemming].
De afbeelding is een voorbeeld. De werkelijke weergave kan anders zijn.
Druk op [Zoekopdr.: Naam 1] en druk vervolgens op de [OK]-knop.
Voer een deel van de bestemmingsnaam in.
Druk op de [OK]-knop.
Selecteer een zoekcriterium en druk op de toets [OK].
verschijnt aan de linkerkant van de opgegeven instelling.
U kunt een zoekactie ook verfijnen door meerdere zoekvoorwaarden in te stellen.
Druk op [Zoeken].
Bestemmingen die aan de zoekvoorwaarden voldoen, worden weergegeven.
Druk op de toets [
] of [
] om de bestemming te selecteren en druk vervolgens op de toets [
].
Het selectievakje links van de geselecteerde bestemming is aangevinkt.
Druk op de [OK]-knop.
U kunt de criteria selecteren uit de volgende lijst:
[Insluiten]: er wordt gezocht naar namen die een of meerdere van de ingevoerde tekens bevatten.
Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "A", "B" of "C".
[Uitsluiten]: er wordt gezocht naar namen die een of meerdere ingevoerde tekens niet bevatten.
Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "D".
[Eerste woord]: er wordt gezocht naar de namen die beginnen met een of meerdere van de ingevoerde tekens.
Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "A".
[Ltste woord]: er wordt gezocht naar de namen die eindigen met een of meerdere van de ingevoerde tekens.
Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "C".
[Ex. overeenk.]: er wordt gezocht naar de namen die corresponderen met (een) ingevoerd(e) teken(s).
Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "ABC".
 |
 | Copyright (C) 2010 |
