![]() ![]() | ![]() | ||
In dit onderdeel wordt beschreven hoe u Speciale afzenders kunt programmeren en wijzigen.
Selecteer [Faxeigensch.] met [
] of [
] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

Selecteer [Beheerderstoepassingen] met de [
] of de [
] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

Selecteer [Speciale afz. programmeren] met [
] of [
] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

Selecteer [Programmeren/Wijzigen] met de [
] of de [
] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

Selecteer afzenders met [
] of [
] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

Voer de naam van de afzender in en druk vervolgens op de [OK]-toets.

Voer de naam van een afzender in met behulp van Eigen naam of Eigen faxnummer.
Selecteer [Voll. overeenk.] of [Ged. overeenk.] met [
] of [
] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

Selecteer de onderdelen met [
] of [
] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

U moet alleen het item selecteren dat u wilt programmeren.
Om deze instellingen te annuleren, drukt u op de [Escape]-toets. Het scherm keert terug naar dat van stap 5.
Druk op [Afsluiten].

Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop.
![]()
Voor meer informatie over het opgegeven van onderdelen bij stap 8, zie “Geautoriseerde RX (Geautoriseerde ontvangst)”, “Doorzenden”, “Geheugenbeveiliging” , of “2-zijdig Afdrukken”.
Verwante onderwerpen
Geautoriseerde RX (Geautoriseerde onvangst)