Paneelindicator
In de volgende tabel wordt de betekenis uitgelegd van de verschillende lampjespatronen waarmee de gebruiker wordt geïnformeerd over de status van de printer.
Lampjespatroon |
Oorzaak |
|---|---|
Alle waarschuwingslampjes branden. |
De printer vertoont problemen. Controleer de status van de printer op het Smart Organizing Monitor dialoogvenster. Nadat u de status van de printer heeft gecontroleerd, schakel de hoofdschakelaar uit en schakel hem daarna weer aan. Als alle waarschuwingslampjes branden, dient u contact op te nemen met uw servicevertegenwoordiger. |
Het lampje Waarschuwing knippert. |
U kunt de printerinstellingen terugstellen naar de fabrieksinstellingen. |
Het lampje Waarschuwing brandt. |
De printer kan niet normaal worden gebruikt. Bevestig de fout met behulp van Smart Organizing Monitor. |
Het lampje Gereed knippert. |
De printer is bezig met het ontvangen van gegevens of voorbereiding voor het afdrukken. |
Het lampje Gereed brandt. |
De printer is gereed voor gebruik. |
Het lampje Papier plaatsen brandt. |
Er bevindt zich geen papier in de lade. Plaats papier in de lade. Zie Papier plaatsen |
Het lampje Printcartridge vervangen knippert. |
De tonercartridge is bijna leeg. |
Het lampje Printcartridge vervangen brandt. |
Het printcartridge is leeg. Vervang de tonercartridge. |
