GebruikershandleidingIM 2702

Het stuurprogramma bijwerken (Windows)

U kunt de laatste versie van het stuurprogramma verkrijgen middels één van de volgende methoden:

  • Het stuurprogramma downloaden met Device Software Manager (alleen het printerstuurprogramma)

  • Het stuurprogramma downloaden vanaf de website van de fabrikant

Belangrijk

  • Wanneer u het stuurprogramma gaat bijwerken, kies dan voor een stuurprogramma voor hetzelfde model en type als het geïnstalleerde stuurprogramma. Er kan een fout kan optreden indien u voor de update een stuurprogramma gebruikt dat bedoeld is voor een ander model of type.

Device Software Manager gebruiken voor het bijwerken van het stuurprogramma

Werk het printerstuurprogramma bij met Device Software Manager. Dit programma is al geïnstalleerd. Om het installatieprogramma opnieuw te downloaden, zie:

Het printerstuurprogramma met behulp van Device Software Manager installeren

1Start het installatieprogramma van het printerstuurprogramma vanuit het menu [Start] of via de snelkoppeling op uw bureaublad.

Het installatieprogramma controleert de nieuwste versie.

2In het scherm "Gebruiksrechtovereenkomst" selecteert u [Akkoord] en klikt u vervolgens op [Volgende].

3Klik op [Stuurprogramma bijwerken].

Illustratie stuurprogrammascherm

4Volg de instructies om het stuurprogramma bij te werken.

Het printerstuurprogramma bijwerken

Download het nieuwste stuurprogramma en voer updates uit vanuit [Printereigenschappen].

1Open het scherm "Apparaten en printers".

Windows 10 (versie 1703 of later)

  1. Klik in het menu [Start] op [Windows System] [Configuratiescherm].

  2. Klik op [Apparaten en printers weergeven].

Windows 10 (ouder dan versie 1703), Windows Server 2016

  1. Klik met de rechtermuisknop op [Start] en klik dan op [Configuratiescherm].

  2. Klik op [Apparaten en printers weergeven].

Windows 8.1, Windows Server 2012/2012 R2

  1. In de pictogrambalk klikt u op [Instellingen] [Configuratiescherm].

  2. Klik op [Apparaten en printers weergeven].

Windows 7, Windows Server 2012/2008 R2

  1. Klik in het menu [Start] op [Apparaten en printers].

Windows Server 2008

  1. Klik in het menu [Start] op [Configuratiescherm].

  2. Klik bij [Hardware en geluid] op [Printer].

2Klik met de rechtermuisknop op het apparaat en klik vervolgens op [Eigenschappen van printer].

  • Klik in Windows Server 2008 met de rechtermuisknop op het apparaat en klik vervolgens op [Eigenschappen].

3Op het tabblad [Geavanceerd] klikt u op [Nieuw...] [Volgende].

Illustratie stuurprogrammascherm

4Klik op [Schijf...]. [Bladeren...]; geef het stuurprogramma op dat u wilt bijwerken en klik vervolgens op [OK].

5Selecteer het apparaat en klik vervolgens op [Volgende].

Illustratie stuurprogrammascherm

6Klik op [Voltooien] [Toepassen].

7Klik op [OK] om het venster te sluiten.

Het TWAIN/WIA-stuurprogramma bijwerken

Verwijder het stuurprogramma van de huidige versie en installeer vervolgens de TWAIN/WIA Driver.

1Verwijder het stuurprogramma van de huidige versie.

Het stuurprogramma verwijderen (Windows)

2Download het nieuwste stuurprogramma van de website van de fabrikant.

3Installeer het nieuwste stuurprogramma.

De TWAIN/WIA Driver installeren

Het LAN-faxstuurprogramma bijwerken

Download het nieuwste stuurprogramma en voer updates uit vanuit [Printereigenschappen].

1Open het scherm "Apparaten en printers".

Windows 10 (versie 1703 of later)

  1. Klik in het menu [Start] op [Windows System] [Configuratiescherm].

  2. Klik op [Apparaten en printers weergeven].

Windows 10 (ouder dan versie 1703), Windows Server 2016

  1. Klik met de rechtermuisknop op [Start] en klik dan op [Configuratiescherm].

  2. Klik op [Apparaten en printers weergeven].

Windows 8.1, Windows Server 2012/2012 R2

  1. In de pictogrambalk klikt u op [Instellingen] [Configuratiescherm].

  2. Klik op [Apparaten en printers weergeven].

Windows 7, Windows Server 2012/2008 R2

  1. Klik in het menu [Start] op [Apparaten en printers].

Windows Server 2008

  1. Klik in het menu [Start] op [Configuratiescherm].

  2. Klik bij [Hardware en geluid] op [Printer].

2Klik met de rechtermuisknop op het apparaat en klik vervolgens op [Eigenschappen van printer].

  • Klik in Windows Server 2008 met de rechtermuisknop op het apparaat en klik vervolgens op [Eigenschappen].

3Op het tabblad [Geavanceerd] klikt u op [Nieuw...] [Volgende].

Illustratie stuurprogrammascherm

4Klik op [Schijf...]. [Bladeren...]; geef het stuurprogramma op dat u wilt bijwerken en klik vervolgens op [OK].

5Selecteer het apparaat en klik vervolgens op [Volgende].

Illustratie stuurprogrammascherm

6Klik op [Voltooien] [Toepassen].

7Klik op [OK] om het venster te sluiten.