De beschrijvingen voor de scannerfunctie zijn bedoeld voor apparaten van type 1, 2 en 3.
Probleem |
Oorzaak |
Oplossing |
|---|---|---|
De gescande afbeelding is vuil. |
De glasplaat, het scanglas of de geleiderplaat van de ADF is vies. |
Reinig de glasplaat, het scanglas of de geleiderplaat van de ADF. Voor meer informatie over het schoonmaken van het apparaat, zie Uw apparaat onderhouden. |
De afbeelding is verdraaid is of niet juist geplaatst wordt. |
Het origineel is verplaatst tijdens het scannen. |
Verplaats het origineel niet tijdens het scannen. |
De afbeelding is verdraaid is of niet juist geplaatst wordt. |
Het origineel is niet plat tegen de glasplaat gedrukt. |
Zorg ervoor dat het origineel plat tegen de glasplaat wordt gedrukt. |
De gescande afbeelding is ondersteboven. |
Het origineel is ondersteboven geplaatst. |
Plaats het origineel in de juiste richting. Voor meer informatie over het plaatsen van originelen, zie Basisbewerkingen. |
Er is geen gescande afbeelding beschikbaar. |
Het origineel is achterstevoren geplaatst. |
Wanneer het origineel direct op de glasplaat wordt geplaatst, moet de te scannen zijde naar beneden liggen. Wordt het origineel via de ADF ingevoerd, dan moet de te scannen zijde naar boven liggen. |
Gescande afbeeldingen worden geroteerd. |
Als u het origineel met de bovenste rand naar achteren plaatst en afbeeldingen in kleur of grijstinten opslaat als een TIFF- of JPEG-bestand, dan worden de gescande afbeeldingen gedraaid. |
|
De gescande afbeelding bevat witte gedeelten. |
Als u originelen scant met functies die niet tot de TWAIN-netwerkscannerfunctie behoren, dan kunnen bepaalde papierformaatinstellingen en resolutie-instellingen gescande afbeeldingen produceren die groter zijn dan het opgegeven formaat, omdat er marges aan de zijkanten worden toegevoegd. |
Scannen met een hogere resolutie kan de marges verkleinen. |
De schaduwintensiteit van de gescande afbeelding is anders dan die van het origineel. |
Als u Hoge compressie PDF als bestandstype heeft geselecteerd voor opslag als het origineel wordt gescand, kan de schaduwintensiteit variƫren. |
Druk op het beginscanscherm op [Verzend Bestandstype/naam] en geef dan [PDF/A] op bij "PDF-bestandsinst.". Voor meer informatie over PDF-bestandsinstellingen, zie Basisbewerkingen. |
Er verschijnt een tekstpatroon op de achtergrond. |
U heeft een document gescand dat is beveiligd tegen onbevoegd kopiƫren. |
Controleer het document. Voor meer informatie over het voorkomen dat documenten onbevoegd worden gekopieerd, zie Basisbewerkingen. |
Nadat een origineel is gescand, worden de volgende instellingen geannuleerd: Bestemming, Afzender, E-mailtekst, Onderwerp en Bestandsnaam |
Om te voorkomen dat de gescande gegevens naar de verkeerde bestemmingen verstuurd worden, beschikt dit apparaat over een functie dat de instellingen wist zodra de gescande gegevens zijn verzonden. |
Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger voor details over hoe u kunt voorkomen dat de instellingen automatisch gereset worden nadat de gescande gegevens verzonden zijn. |