Als er een fout plaatsvindt, annuleert het apparaat automatisch de afdruktaak met een fout en de taken die ontvangen zijn voordat de fout plaatsvond.
![]()
Deze functie is werkzaam als u met de volgende printertalen afdrukt: PCL, PostScript 3 en PDF.
Deze functie is niet effectief bij:
Afdrukken met RHPP of RGate
Spoolafdrukken is ingeschakeld
Fouten die optreden tijdens het afdrukken vanaf geheugenopslagapparaten, of met behulp van 'Geavanceerde eigenschappen', of bij het afdrukken van een opgeslagen document of lijst
Druk op [Home] (
) onderaan in het midden van het scherm.
Druk op het pictogram [Gebruikersinstellingen] (
).
Druk op [Apparaateigenschappen].
Druk op [Printereigensch.].
Druk op het tabblad [Systeem].
Druk op [Foutieve afdr.taken aut annul].
Druk op [Aan].
Druk op [OK].
Druk rechtsboven in het scherm op [Gebruikersinstellingen] (
).
Druk op [Home] (
) onderaan in het midden van het scherm.
![]()
Voor meer informatie over de items die kunnen worden geconfigureerd, zie Voorbereiding.