Het adresboek gebruiken om bestemmingen op te geven
Wanneer bestemmingen in het adresboek zijn geregistreerd, kunt u een bestemming opgeven door een bestemmingstoets te selecteren in de bestemmingslijst.
De geprogrammeerde naam verschijnt op de bestemmingstoets.
U moet een bestemming van tevoren in het adresboek registreren.
Voor meer informatie over het registreren van faxbestemmingen of IP-faxbestemmingen, zie de Gebruikershandleiding van uw apparaat.
Voor meer informatie over het registreren van internetfaxbestemmingen of e-mailbestemmingen, zie de Gebruikershandleiding van uw apparaat.
Voor meer informatie over het registreren van mapbestemmingen, zie de Gebruikershandleiding van uw apparaat.
Als u een e-mailbestemming registreert, selecteert u [E-mail ／ Internetfax-bestemming] voor [Gebruik e-mailadres voor ].
Druk op [Fax], [Internetfax], [E-mail] of [Map] om het type verzending te wijzigen.
Druk op de toets waaronder de gewenste bestemming geprogrammeerd is.
Wanneer u bijvoorbeeld "New York Office" wilt opgeven, dat is geprogrammeerd onder "LMN", drukt u op [LMN].Druk op de bestemmingstoets waaronder de gewenste bestemming geprogrammeerd is.
Als de gewenste bestemmingstoets niet wordt weergegeven, drukt u op [
] en [
] om door de lijst te bladeren.
U kunt de selectie annuleren door opnieuw op de geselecteerde bestemmingstoets te drukken. U kunt ook op [Wissen] drukken om de selectie te annuleren.
Als u meer bestemmingen wilt selecteren, herhaalt u stap 2 en 3.
Om het apparaat zo te configureren dat de gebruiker op [Toev.] moet drukken wanneer er een bestemming wordt opgegeven, geeft u de onderstaande instellingen op. Hierdoor wordt voorkomen dat gebruikers per ongeluk documenten verzenden naar de verkeerde bestemming. Zie de gebruikershandleiding van uw apparaat.
Schermtype Instellingen: Standaard
[Faxeigenschappen]
[Gedetailleerde initiële instellingen] [Parameterinstelling] [Parameterinstelling] (schakelaar 17, bit 2)Schermtype Instellingen: Klassiek
[Faxeigenschappen] tabblad [Oorspr. instellingen] [Parameterinstelling] (schakelaar 17, bit 2)
Om de inhoud van de bestemmingstoetsen te controleren, drukt u de bestemmingenlijst af in de volgende instellingen. Voor meer informatie over afdrukmethodes, zie de Gebruikershandleiding van uw apparaat.
Schermtype Instellingen: Standaard
[Adresboek] [Beheer] [Adresboek afdrukken: Bestemmingslijst]Schermtype Instellingen: Klassiek
[Systeeminstellingen] tabblad [Beheerdertoepas.] [Adresboek afdrukken: Bestemmingslijst]
Er zijn drie soorten titels voor bestemmingslijsten: [Titel 1], [Titel 2] en [Titel 3].
Druk op [Titel wijz.].
Selecteer het type titel en druk op [OK].
Wanneer u meerdere bestemmingen in een groep programmeert, kunt u documenten naar alle bestemmingen in die groep sturen met slechts enkele toetsen.
Bestemmingen die in een groep zijn opgenomen, worden aangegeven met het groepspictogram 
.
Voor meer informatie over het programmeren van bestemmingen, zie de Gebruikershandleiding van uw apparaat.
Druk op [Fax], [Internetfax], [E-mail] of [Map] om het type verzending te wijzigen.
Druk op de bestemmingstoets waaronder de gewenste groep geprogrammeerd is.
Om meerdere groepen te selecteren herhaalt u deze stap.
Om de bestemmingen die in een groep geregistreerd zijn te zien, drukt u de groepslijst af in het volgende menu. Voor meer informatie over afdrukmethodes, zie de Gebruikershandleiding van uw apparaat.
Schermtype Instellingen: Standaard
[Adresboek] [Beheer] [Adresboek afdrukken: Bestemmingslijst]Schermtype Instellingen: Klassiek
[Systeeminstellingen] tabblad [Beheerdertoepas.] [Adresboek afdrukken: Bestemmingslijst]
Er wordt een bevestigingsbericht weergegeven als de bestemmingsgroep een adres bevat dat incompatibel is met het opgegeven type verzending. Druk op [Selecteren] om bestemmingen op te geven waarbij de nummers of adressen van het opgegeven type verzending zijn geregistreerd. Druk op [Annuleren] om de bestemming te wijzigen.
Als u een of meerdere bestemmingen in de groep wilt annuleren, drukt u op [Groepsbest. uitbr.] in [Inst. controleren]. Druk vervolgens op het stand-byscherm op [
] en [] om de gewenste bestemming weer te geven en druk daarna op [Wissen]. U kunt het verzenden ook annuleren door op de gemarkeerde bestemmingstoets te drukken en de geselecteerde bestemming uit te schakelen.
U kunt een bestemming opzoeken in het adresboek of de LDAP-server door de bestemmingsnaam in te voeren.
Om een LDAP-server te gebruiken, moet de LDAP-server geregistreerd zijn. Als u een LDAP-server wilt registreren, geeft u de onderstaande instellingen op. Bovendien moet [LDAP zoeken] vooraf zijn ingesteld op [Aan] in het menu Systeeminstellingen. Voor meer informatie, zie de Gebruikershandleiding van uw apparaat.
Schermtype Instellingen: Standaard
[Systeeminstellingen] [Instellingen voor beheerder] [Verificatie/Kosten] [Beheerdersverif./Verif. gebruik.beheerder/Verif. toepas.beheerder] [LDAP-server registreren/wijzigen/verwijderen]Schermtype Instellingen: Klassiek
[Systeeminstellingen] tabblad [Beheerdertoepas.] [Programmeer/Wijzig/Verwijder LDAP server ]
De zoekactie levert alleen bestemmingen op waarvan de eerste tekens overeenkomen met de ingevoerde tekens.
U kunt de LDAP-server niet gebruiken om een map te zoeken.
Druk op [Best. zk].
Selecteer de locatie waar u wilt zoeken.
Als u het Adresboek wilt doorzoeken, selecteert u [Adresboek].
Om op een LDAP-server te zoeken, selecteert u de relevante LDAP-server.
Druk op [Fax], [Internetfax], [E-mail] of [Map] om het type verzending te wijzigen.
Druk op [Naam].
Voer de naam van de bestemming in waarnaar u wilt zoeken en druk op [OK].
Controleer of u de juiste tekens heeft ingevoerd en druk op [Zoekopdr. starten].
Wanneer het zoeken is voltooid, verschijnt een zoekresultaat.Selecteer een bestemming en druk op [OK].
Als de gewenste bestemming niet wordt weergegeven, gebruikt u [] of [] om door de lijst te bladeren.
Druk op [Details] om details van de geselecteerde bestemming weer te geven.
Zie Tekst invoeren voor meer informatie over tekstinvoer.
Er wordt een waarschuwingsbericht weergegeven wanneer de zoekactie meer dan het maximum aantal bestemmingen oplevert dat u per keer mag opzoeken. Druk op [Afsluiten] en wijzig de naam van de bestemming om minder bestemmingen weer te geven.
Alhoewel een gebruiker meerdere e-mailadressen kan programmeren, kan tijdens het zoeken maar één adres worden opgehaald. Het adres dat opgehaald is met de zoekactie is afhankelijk van de zoekmethode die door de LDAP-server wordt ondersteund. Het adres dat als eerste is geprogrammeerd wordt echter normaal opgehaald.
U kunt in het adresboek of de LDAP-server een bestemming zoeken door het faxnummer, e-mailadres of het pad naar de map van de bestemming in te voeren.
Om een LDAP-server te gebruiken, moet de LDAP-server geregistreerd zijn. Als u een LDAP-server wilt registreren, geeft u de onderstaande instellingen op. Bovendien moet [LDAP zoeken] vooraf zijn ingesteld op [Aan] in het menu Systeeminstellingen. Voor meer informatie, zie de Gebruikershandleiding van uw apparaat.
Schermtype Instellingen: Standaard
[Systeeminstellingen] [Instellingen voor beheerder] [Verificatie/Kosten] [Beheerdersverif./Verif. gebruik.beheerder/Verif. toepas.beheerder] [LDAP-server registreren/wijzigen/verwijderen]Schermtype Instellingen: Klassiek
[Systeeminstellingen] tabblad [Beheerdertoepas.] [Programmeer/Wijzig/Verwijder LDAP server ]
De zoekactie levert alleen bestemmingen op waarvan de eerste tekens overeenkomen met de ingevoerde tekens.
U kunt de LDAP-server niet gebruiken om een map te zoeken.
Druk op [Best. zk].
Selecteer de locatie waar u wilt zoeken.
Als u het Adresboek wilt doorzoeken, selecteert u [Adresboek].
Om op een LDAP-server te zoeken, selecteert u de relevante LDAP-server.Druk op [Fax], [Internetfax], [E-mail] of [Map] om het type verzending te wijzigen.
Selecteer [Faxbestemming], [E-mailadres] of [Mapnaam] afhankelijk van het type bestemming waar u naar wilt zoeken.
Voer de tekens in waarnaar u wilt zoeken en druk op [OK].
Controleer of u de juiste tekens heeft ingevoerd en druk op [Zoekopdr. starten].
Selecteer een bestemming en druk op [OK].
Als de gewenste bestemming niet wordt weergegeven, gebruikt u [] of [] om door de lijst te bladeren.
Druk op [Details] om details van de geselecteerde bestemming weer te geven.
Zie Tekst invoeren voor meer informatie over tekstinvoer.
Er wordt een waarschuwingsbericht weergegeven wanneer de zoekactie meer dan het maximum aantal bestemmingen oplevert dat u per keer mag opzoeken. Druk op [Afsluiten] en wijzig de naam van de bestemming om minder bestemmingen weer te geven.
Alhoewel een gebruiker meerdere e-mailadressen kan programmeren, kan tijdens het zoeken maar één adres worden opgehaald. Het adres dat opgehaald is met de zoekactie is afhankelijk van de zoekmethode die door de LDAP-server wordt ondersteund. Het adres dat als eerste is geprogrammeerd wordt echter normaal opgehaald.
U kunt in het adresboek of de LDAP-server een bestemming zoeken door zoekparameters op te geven.
Om een LDAP-server te gebruiken, moet de LDAP-server geregistreerd zijn. Als u een LDAP-server wilt registreren, geeft u de onderstaande instellingen op. Bovendien moet [LDAP zoeken] vooraf zijn ingesteld op [Aan] in het menu Systeeminstellingen. Voor meer informatie, zie de Gebruikershandleiding van uw apparaat.
Schermtype Instellingen: Standaard
[Systeeminstellingen] [Instellingen voor beheerder] [Verificatie/Kosten] [Beheerdersverif./Verif. gebruik.beheerder/Verif. toepas.beheerder] [LDAP-server registreren/wijzigen/verwijderen]Schermtype Instellingen: Klassiek
[Systeeminstellingen] tabblad [Beheerdertoepas.] [Programmeer/Wijzig/Verwijder LDAP server ]
U kunt de volgende voorwaarden opgeven om te zoeken in het Adresboek: Naam, Faxbestemming, E-mailadres en Mapnaam.
U kunt de volgende voorwaarden opgeven om te zoeken met de LDAP-server: Naam, Faxbestemming, E-mailadres, Bedrijfsnaam en Afdelingsnaam.
U kunt de LDAP-server niet gebruiken om een map te zoeken.
Druk op [Best. zk].
Selecteer de locatie waar u wilt zoeken.
Als u het Adresboek wilt doorzoeken, selecteert u [Adresboek].
Om op een LDAP-server te zoeken, selecteert u de relevante LDAP-server.Druk op [Fax], [Internetfax], [E-mail] of [Map] om het type verzending te wijzigen.
Druk op [Geavanceerd zoeken].
Druk op de toets voor elke voorwaarde en voer vervolgens een gedeeltelijke reeks in.
Als u via LDAP-servers zoekt, wordt de tekenreeks die u invoert in het veld [Naam] geïnterpreteerd als de voor- of achternaam, afhankelijk van de instelling van de beheerder. Als u bijvoorbeeld de naam "Jan Smits" wilt zoeken, vraagt u de systeembeheerder of u "Jan" of "Smits" moet invoeren.Selecteer de zoekcriteria voor elk item.
De betekenis van de zoekcriteria zijn als volgt:
[Eerste woord]: zoeken naar tekenreeksen die beginnen met het opgegeven teken.
Voorbeeld: wanneer wordt gezocht naar "ABC", voert u "A" in.[Laatste woord]: zoeken naar tekenreeksen die eindigen met het opgegeven teken.
Voorbeeld: wanneer wordt gezocht naar "ABC", voert u "C" in.[Exacte overeenkomst]: zoeken naar tekenreeksen die volledig overeenkomen met het opgegeven teken.
Voorbeeld: wanneer wordt gezocht naar "ABC", voert u "ABC" in.[Inclusief één woord]: zoeken naar tekenreeksen die het opgegeven teken bevatten.
Voorbeeld: wanneer wordt gezocht naar "ABC", voert u "A", "B" of "C" in.[Woorden uitsl.]: zoeken naar tekenreeksen die niet het opgegeven teken bevatten.
Voorbeeld: wanneer wordt gezocht naar "ABC", voert u "D" in.[Ongestructureerd zoeken]: ongestructureerd zoeken.
Dit item verschijnt wanneer u een LDAP-server selecteert in stap 2. De uitkomst van 'Ongestructureerd zoeken' hangt af van de zoekmethode die wordt ondersteund door de LDAP-server.
Druk op [OK].
Druk op [Zoekopdr. starten].
Selecteer een bestemming en druk op [OK].
Als de gewenste bestemming niet wordt weergegeven, drukt u op [] of [] om deze weer te geven.
Druk op [Details] om details van de geselecteerde bestemming weer te geven.
U kunt een bijkomende zoekvoorwaarde voor LDAP-servers toevoegen door de Zoekopties te bepalen in de volgende instellingen.
Schermtype Instellingen: Standaard
[Systeeminstellingen] [Instellingen voor beheerder] [Verificatie/Kosten] [Beheerdersverif./Verif. gebruik.beheerder/Verif. toepas.beheerder] [LDAP-server registreren/wijzigen/verwijderen] [Zoekopties]Schermtype Instellingen: Klassiek
[Systeeminstellingen] tabblad [Beheerdertoepas.] [Programmeer/Wijzig/Verwijder LDAP server ] [Zoekopties]
Zie Tekst invoeren voor meer informatie over tekstinvoer.
Er wordt een waarschuwingsbericht weergegeven wanneer de zoekactie meer dan het maximum aantal bestemmingen oplevert dat u per keer mag opzoeken. Druk op [Afsluiten] en wijzig de naam van de bestemming om minder bestemmingen weer te geven.
Alhoewel een gebruiker meerdere e-mailadressen kan programmeren, kan tijdens het zoeken maar één adres worden opgehaald. Het adres dat opgehaald is met de zoekactie is afhankelijk van de zoekmethode die door de LDAP-server wordt ondersteund. Het adres dat als eerste is geprogrammeerd wordt echter normaal opgehaald.
In deze sectie wordt uitgelegd hoe u zoekt naar een bestemming die opgeslagen is in het adresboek door een registratienummer op te geven.
Druk op [Fax], [Internetfax], [E-mail] of [Map] om het type verzending te wijzigen.
Druk op [Reg.nr.].
Voer een registratienummer in met de cijfertoetsen en druk op [
].
Ook al wordt er doorgaans een registratienummer weergegeven met een formaat van vijf nummers, hoeft u de eerste nullen van een registratienummer niet in te voeren.
Als het bericht Kan opgegeven registr.nr niet vinden. verschijnt, is het opgegeven registratienummer of het geselecteerde type verzending onjuist of bestaat het niet. Druk op [Afsluiten], controleer het registratienummer opnieuw en volg de procedure vanaf stap 1 of 3.Druk op [OK].