De instellingen van een bestand in het geheugen veranderen
Gebruik deze procedure om een verzending te annuleren of de instellingen van een verzending te wijzigen nadat u op [Starten] heeft gedrukt (en nadat de originelen zijn gescand).
Als het bericht Er zijn geen verzendbestanden gevonden. op het scherm verschijnt nadat u op [TX-bestand contr./stoppen] heeft gedrukt, worden er geen bestanden opgeslagen of verzonden met Geheugenverzending.
Bestanden die momenteel worden verzonden, bestanden die door LAN-Fax werden verzonden en bestanden die worden opgeslagen om als rapport te worden afgedrukt, kunt u niet bekijken of bewerken.
Er zijn gevallen waarin een bestemming mogelijk kan niet geselecteerd omdat deze wordt weergegeven als "
", afhankelijk van de beveiligingsinstellingen.
Druk op [TX/RX-status/Afdr.].
Druk op [TX-bestand contr./stoppen].
Selecteer het bestand waarvan u de bestemming wilt wissen.
Als u een bestemming wist die tevens de enige bestemming voor een verzending is, dan wordt de verzending geannuleerd.Druk op [Instellingen control./wijzig.].
Druk op [Wijzigen] voor de bestemming die u wilt verwijderen.
Als u een mapbestemming verwijdert of een bestemming met het slotsymbool (
) op de bestemmingstoets, drukt u op [Verwijderen] en daarna op [Ja] om te bevestigen. Ga naar stap 7.Druk op [Wissen] om de bestemming te verwijderen en druk dan op [OK].
Als u op [Wissen] drukt, verwijdert u telkens één cijfer van het faxnummer of IP-faxadres. Druk op [Wissen] als u de internetfax-, e-mail- of cloudfaxbestemming in een keer helemaal wilt wissen.Druk op [Afsluiten].
Om een andere bestemming te wissen, herhaalt u de procedure vanaf stap 3.Druk tweemaal op [Afsluiten].
Druk op [TX/RX-status/Afdr.].
Druk op [TX-bestand contr./stoppen].
Selecteer het bestand waaraan u een bestemming wilt toevoegen.
Druk op [Instellingen control./wijzig.].
Druk op [Bestemming toevoegen].
Geef de bestemming op met de cijfertoetsen of bestemmingstoetsen en druk op [OK].
Druk op [Fax], [Internetfax], [E-mail] of [Map] om het type verzending te wijzigen.
Als u een afzender opgeeft wiens e-mailadres al is geregistreerd, kunt u internetfaxbestemmingen en e-mailadressen toevoegen.
U kunt alleen een mapbestemming toevoegen met de bestemmingstoetsen.
U kunt ook een SUB-code of SEP-code programmeren door op [Geav.eigsch.] te drukken.Druk op [Afsluiten].
Herhaal de procedure vanaf stap 3 indien u nog een bestemming wilt toevoegen.Druk tweemaal op [Afsluiten].
U kunt geen bestemming toevoegen als u broadcasting heeft uitgeschakeld.
Druk op [TX/RX-status/Afdr.].
Druk op [TX-bestand contr./stoppen].
Selecteer het bestand waarvoor u de verzendtijd wilt wijzigen of annuleren.
Druk op [Instellingen control./wijzig.].
Druk op [Wijzig TX tijd].
Als u op [Prioriteit TX] drukt, wordt het bestand direct verzonden. Als er echter een bestand stand-by staat, dan wordt dat bestand als eerste verzonden.Druk op [Wijzigen], voer de verzendtijd opnieuw in en druk vervolgens op [
].
(voornamelijk Europa en Azië)Voer de verzendtijd in met de cijfertoetsen.
(voornamelijk Noord-Amerika)Voer de verzendtijd in met de cijfertoetsen en selecteer [AM] of [PM].
Druk op [OK].
Druk op [Afsluiten].
Herhaal de procedure vanaf stap 3 als u nog een verzendtijd wilt wijzigen.Druk tweemaal op [Afsluiten].
Druk op [TX/RX-status/Afdr.].
Druk op [TX-bestand contr./stoppen].
Selecteer een bestand waarvan u de SMTP-serverinstelling wilt wijzigen.
Druk op [Instellingen control./wijzig.].
Druk op [Wijzigen].
Druk op [SMTP].
Selecteer [Ja] of [Nee] en druk op [OK].
Druk op [OK].
Druk op [Afsluiten].
Herhaal de procedure vanaf stap 3 om de SMTP-serverinstellingen van andere ontvangers te wijzigen.Druk tweemaal op [Afsluiten].