Koptekst overslaan
 

Oplossing:

Ga verder naar "(a) De afbeeldingsoverdrachtuitvoer verhogen" of "(e) De papiertransportdruk aanpassen".

Als er toner langs de bovenrand van het papier verschijnt, ga dan verder naar "(d) "Wanneer er toner aan de rand van het papier verschijnt".

(a) De afbeeldingsoverdrachtuitvoer verhogen

1Selecteer 1212: [Geavanc. instel.] in [Uitgangsstroom afbeeldingsoverdracht] voor het aangepaste papier dat u gebruikt. Controleer de huidige waarden voor de volgende corresponderende instellingen.

  • [Zwart-wit]

    [Zwart]

  • [Full color/Full color speciaal]

    [Zwart]

2Ligt deze lager dan 10%?

Ja

Ga verder met de volgende stap.

Nee

Ga door naar "(b) De afbeeldingsoverdrachtuitvoer verlagen".

3Selecteer 1212: [Uitgangsstroom afbeeldingsoverdracht] en verhoog de waarden van de volgende corresponderende instellingen.

  • [Zwart-wit]

    [Zwart]

  • [Full color/Full color speciaal]

    [Zwart]

4Druk de afbeelding af. Is het probleem opgelost?

Ja

Ga verder met de volgende stap.

Nee

Herhaal stap 1 tot 4.

5Treden een of meer van de volgende problemen op?

  • Drumafdruk

  • Een zwarte afbeelding is vaag

  • De rand van een afbeelding is vaag.

    Ja

    Ga verder met de volgende stap.

    Nee

    Klaar!

6Selecteer 1212: [Uitgangsstroom afbeeldingsoverdracht] en verlaag de waarden van de volgende corresponderende instellingen totdat het probleem voldoende verholpen is.

  • [Zwart-wit]

    [Zwart]

  • [Full color/Full color speciaal]

    [Zwart]

7Selecteer bij [Geavanceerde instellingen] voor het aangepaste papier dat u gebruikt 1341: [Motorsnelheid] en verhoog vervolgens de waarde bij [Overdachtstimingroller] met 0,1%.

8Druk de afbeelding af. Is het probleem opgelost?

Ja

Ga verder met de volgende stap.

Nee

Herhaal stap 7 tot 8.

9Treden een of meer van de volgende problemen op?

  • In halftoonafbeeldingen treedt belichtingsfluctuatie op in het gebied 90 mm vanaf de achterste rand van het papier.

Ja

Ga verder met de volgende stap.

Nee

Klaar!

10Verlaag de waarde van [Overdrachtstimingsroller] in 1341: [Motortoerental] tot het probleem voldoende is verminderd.

11Ga door naar "(c) Verhoog de maximale afbeeldingsdichtheid".

(b) De afbeeldingsoverdrachtuitvoer verlagen

1Treden een of meer van de volgende problemen op?

  • Drumafdruk

  • Een zwarte afbeelding is vaag

  • De rand van een afbeelding is vaag.

    Ja

    Ga verder met de volgende stap.

    Nee

    Ga door naar "(c) Verhoog de maximale afbeeldingsdichtheid".

2Selecteer 1212: [Geavanc. instel.] in [Uitgangsstroom afbeeldingsoverdracht] voor het aangepaste papier dat u gebruikt. Verlaag de waarden voor de volgende corresponderende instellingen totdat het probleem voldoende verholpen is.

  • [Zwart-wit]

    [Zwart]

  • [Full color/Full color speciaal]

    [Zwart]

3Ga door naar "(c) Verhoog de maximale afbeeldingsdichtheid".

(c) De maximale afbeeldingsdichtheid aanpassen

1Selecteer 1201: [Geavanc. instel.] in [Max. afbeeldingsdichtheid] voor het aangepaste papier dat u gebruikt. Verlaag de waarde voor [Zwart].

2Druk de afbeelding af. Is het probleem opgelost?

Ja

Klaar!

Nee

Ga verder met de volgende stap.

3Is [Zwart] in 1201: [Max. afbeeldingsdichtheid] ingesteld op -5?

Ja

Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger.

Nee

Herhaal stap 1 tot 3.

(d) Wanneer er toner aan de bovenrand van het papier verschijnt

1Selecteer 1101: [Geavanc. instel.] in [Afbeeldingspositie] voor het aangepaste papier dat u gebruikt. Verhoog de waarden voor de volgende corresponderende instellingen.

Wanneer u aanpassingen maakt in de plus-richting, wordt de bovenrand vergroot volgens de ingestelde waarde. De onderrand wordt dan met dezelfde waarde verkleind.

  • [Afbeeldingspositieresultaat: Zijde 1]

    [Langs invoer]

  • [Afbeeldingspositieresultaat: Zijde 2]

    [Langs invoer]

(e) De papiertransportdruk aanpassen

1Stel de waarde voor 1222: [Geavanc. instel.] in [Werkingsmodus tussenruimte pap.overdr.] voor het aangepaste papier dat u gebruikt, in op [Lagedrukmodus].

2Druk de afbeelding af. Is het probleem opgelost?

Ja

Klaar!

Nee

Ga verder met de volgende stap.

3Stel de waarde voor 1222: [Werkingsmodus tussenruimte pap.overdr.] in op [Modus 4].

4Druk de afbeelding af. Is het probleem opgelost?

Ja

Klaar!

Nee

Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger.

Opmerking

  • Het wordt aanbevolen om na deze oplossing kleurkalibratie van de externe controller uit te voeren.