Voor het correct weergeven van de boven-/onderrichting van het gescande origineel op een clientcomputer, moeten de plaatsing van het origineel en de instellingen op het bedieningspaneel overeenkomen.
Plaats originelen in de juiste positie aan de hand van de volgende tabellen:
Glasplaat
Leg het origineel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Origineelrichting |
Toets van het bedieningspaneel |
|---|---|
Bovenrand raakt achterzijde van de glasplaat
|
|
Bovenrand raakt linkerbovenhoek van de glasplaat
|
|
ADF
Plaats het origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF.
Origineelrichting |
Toets van het bedieningspaneel |
|---|---|
Bovenrand raakt achterzijde van de ADF
|
|
Bovenrand wordt eerst geplaatst
|
|
ID-kaartinvoer
Plaats het origineel met de afbeelding naar beneden in de ID-kaartinvoer.
Origineelrichting |
Toets van het bedieningspaneel |
|---|---|
Bovenrand raakt de achterzijde van de identiteitskaartinvoer
|
|
Bovenrand wordt eerst geplaatst
|
|
![]()
Als u [Kleur: Tekst/Foto], [Kleur: Glanzende foto] of [Grijswaarden] opgeeft onder [Origineeltype] en enkele pagina TIFF/JPEG of TIFF met meerdere pagina's is geselecteerd als het bestandstype, zie dan onderstaande tabellen voor informatie over het plaatsen van originelen. Originelen die in een andere richting worden geplaatst dan wordt aangeraden in de tabel, worden op het scherm van de clientcomputer met een onjuiste boven-/onderrichting weergegeven.
Origineelrichting |
Toets van het bedieningspaneel |
|---|---|
Bovenrand raakt linkerzijde van de glasplaat
|
|
Origineelrichting |
Toets van het bedieningspaneel |
|---|---|
Bovenrand raakt linkerzijde van de ADF
|
|
Origineelrichting |
Toets van het bedieningspaneel |
|---|---|
Bovenrand wordt eerst geplaatst
|
|