Koptekst overslaan
 

Ethernet-snelheid instellen

U kunt de snelheid instellen die de printer gebruikt voor Ethernet-communicatie. Normaal gesproken moet u de printer zo instellen dat die de Ethernet-snelheid automatisch selecteert. Met deze instelling kunnen twee interfaces de snelheid vaststellen zodra ze verbinding maken.

Belangrijk

  • De verbinding kan niet tot stand worden gebracht als de Ethernet-snelheid niet overeenkomt met de overdrachtsnelheid van uw netwerk.

  • Om het verbruik van netwerkapparaten te verminderen, bedraagt de standaard Ethernet-snelheid van de printer niet meer dan 100BASE-TX (100 Mbps). Om met een hogere snelheid te communiceren, schakelt u 1000BASE-T (1Gbps) in door [AutoSelct: 1Gbps inschak] te selecteren in [Ethernetsnelheid].

1Druk op [Home] (Schermafbeelding bedieningspaneel) onderaan in het midden van het scherm.

2Veeg het scherm naar links en druk vervolgens op het pictogram [Gebruikerstools] (Schermafbeelding bedieningspaneel).

3Druk op [Apparaateigenschappen].

4Druk op [Systeeminstellingen].

5Druk op [Interface instell.].

6Druk op [Netwerk].

7Druk herhaaldelijk op [Pijl-omlaag] totdat [Ethernetsnelheid] verschijnt.

8Druk op [Ethernetsnelheid].

9Selecteer de Ethernet-snelheid en druk dan op [OK].

10Druk op [Gebruikersinstellingen] (Schermafbeelding Bedieningspaneel).

11Druk op [Home] (Schermafbeelding bedieningspaneel) onderaan in het midden van het scherm.