Koptekst overslaan
 

Waarschuwingsberichten (die in foutlogboeken en -rapporten worden afgedrukt)

Dit onderdeel beschrijft de waarschijnlijke oorzaken van en mogelijke oplossingen voor foutmeldingen die worden afgedrukt in het foutenlogboek of in rapporten.

Meldingen

Oorzaak

Oplossing

“Sorteren geannuleerd”

Sorteren is geannuleerd.

Verminder het aantal bestanden dat naar de printer wordt verzonden.

“Opdrachtfout”

Er is een opdrachtfout opgetreden.

Controleer of de communicatie tussen het apparaat en de printer op de juiste manier werkt.

“Duplex geannuleerd”

Dubbelzijdig afdrukken is geannuleerd.

Selecteer het juiste papierformaat voor de duplexfunctie. Voor meer informatie over papierformaten, zie Papierformaatspecificaties.

“Er is een fout ontstaan.”

Er is onder een fout opgetreden (bijv. syntaxfout, etc.).

Controleer of het PDF-bestand geldig is.

“Fout. Afdrukken/Geannul.”

Er is een fout opgetreden tijdens het afdrukken, maar deze is overgeslagen.

Controleer of de gegevens geldig zijn.

“Max. aantal best overschr.”

De maximale bestandscapaciteit is overschreden tijdens het afdrukken van een opgeslagen afdrukbestand.

Verwijder onnodige bestanden die op de printer zijn opgeslagen.

“Max. aantal pagina's”

De maximale paginacapaciteit is overschreden tijdens het afdrukken van een opgeslagen afdrukbestand.

  • Verwijder onnodige bestanden die op de printer zijn opgeslagen.

  • Verminder het aantal af te drukken pagina's.

“I/O buffer overloop.”

Er heeft een invoerbufferoverloop plaatsgevonden.

  • Stel in [I/O-buffer] onder het menu [Host interface] de maximale bufferomvang op een grotere waarde in.

  • Verminder het aantal bestanden dat naar de printer wordt verzonden.

“Onvoldoende geheugen”

Er is een geheugentoewijzingsfout opgetreden.

PCL 5/PostScript 3:

Selecteer een lagere resolutie in het printerstuurprogramma. Voor meer informatie over het wijzigen van de resolutie, zie de Help-functie van het printerstuurprogramma.

PCL 6:

Selecteer een lagere resolutie in het printerstuurprogramma. Voor meer informatie over het wijzigen van de resolutie, zie de Help-functie van het printerstuurprogramma. Klik op het tabblad [Gedetailleerde instellingen] van het printerstuurprogramma op [Afdr.kwaliteit: Geav.] in "Menu:" en selecteer vervolgens [Raster] in de lijst "Vector/Raster:". In sommige gevallen zal het lang duren voordat de afdruktaak voltooid is.

“Fout papierformaat”

Job reset wordt automatisch uitgevoerd als het opgegeven papierformaat onjuist is.

Geef het juiste papierformaat op en druk het bestand nogmaals af.

“Papiertype fout”

De printer herkent het papiertype dat in het printerstuurprogramma is opgegeven niet.

Controleer of de printer op de juiste manier op het netwerk is aangesloten en controleer of bidirectionele communicatie is ingeschakeld. Als het probleem zich blijft voordoen, bevestig dan de instellingen van het papiertype van de gebruiker in de printer.

“PDL-fout.”

Er is een printertaal-fout opgetreden.

Druk op [OK].

“Print overrun.”

De afbeeldingen zijn niet afgedrukt.

Selecteer een lagere resolutie in het printerstuurprogramma. Voor meer informatie over het wijzigen van de resolutie, zie de Help-functie van het printerstuurprogramma.

“Ontvangen gegevens mislukt.”

Gegevensontvangst is gestopt.

Verstuur de gegevens nogmaals.

“Verzenden gegevens mislukt.”

De printer heeft van het printerstuurprogramma de opdracht gekregen om de verzending de stoppen.

Controleer of de computer goed werkt.

“Voorraadorder is mislukt.”

De automatische bestellingsorder is mislukt.

Het bericht geeft aan dat de printer geprobeerd heeft om de verbruiksartikelen te bestellen.

Als het afdrukken niet begint, neem dan contact op met uw servicevertegenwoordiger.

Opmerking

  • De inhoud van fouten kan worden afgedrukt op de Configuratiepagina. Controleer de Configuratiepagina in combinatie met het foutenlogboek. Voor meer informatie over hoe u de Configuratiepagina kunt afdrukken, zie Een testafdruk maken.