Afdrukken met Windows (PCL 6/PostScript 3)

Dubbelzijdig afdrukken wordt geselecteerd als standaardinstelling.
Indien u een afdruktaak via USB 2.0 stuurt terwijl de printer zich in de slaapstand bevindt, kan er mogelijk een foutmelding verschijnen na voltooiing van de afdruktaak. Als dit het geval is, controleer dan of het document afgedrukt is.

Nadat u een document heeft aangemaakt, opent u het dialoogvenster [Voorkeursinstellingen] in de oorspronkelijke toepassing van het document.

Zorg ervoor dat het tabblad [Veelgebruikte instellingen] is geselecteerd.

Configureer de volgende instellingen:

Taaktype:
Selecteer [Normale afdruk].
Documentformaat:
Selecteer het formaat van het document.
Richting:
Selecteer de afdrukrichting van het document.
Papiersoort:
Selecteer het soort papier dat in de papierlade zit.
Invoerlade:
Selecteer de papierlade waarin het papier is geplaatst waarop u wilt afdrukken.
Als u [Automatische ladekeuze] selecteert, wordt de papierlade automatisch geselecteerd aan de hand van het opgegeven papierformaat en -type.
Kleur/Zwart en wit:
Selecteer [Kleur] voor kleurenafdrukken en [Zwart-wit] voor zwart-witafdrukken.
Kopieën:
Geef het aantal afdrukken op.

Wijzig andere afdrukinstellingen indien nodig. Voor meer informatie, zie de Help-functie van het printerstuurprogramma.

U kunt afdrukfuncties eenvoudig instellen op het tabblad [Uitgebreide Instelling]. Voor meer informatie, zie Handige afdrukfuncties.

Klik op [OK].

Begin met afdrukken vanuit het dialoogvenster [Afdrukken] van de toepassing.

Als [Kleur] in de lijst "Kleur/Zwart-wit:" wordt geselecteerd, kunt u afdrukken met behulp van het speciale kleurenpalet dat geschikt is voor slechtziende gebruikers. Klik op het tabblad [Uitgebreide Instelling] als u deze functie wilt gebruiken. Klik op het menu [Afdr.kwaliteit: Geav.] in het veld "Menu:" en selecteer vervolgens [Aan] in de lijst "Color Universal Design kleurenpalet:".

Verwante onderwerpen