Koptekst overslaan
 

Gewijzigde afdrukrichting:

Hiermee kunt u de afdrukrichting van het papier instellen, omdat in sommige programma's de afdrukrichting niet kan worden opgegeven. Om te voorkomen dat een origineel in een ongewenste richting gedraaid wordt, gebruikt u deze instelling om de richting van de originelen aan te geven als er een afdruktaak wordt uitgevoerd.

Standaardinstelling: [Uit]

Sorteertype:

Selecteer [Sorteren], [Geroteerd sorteren] of [Gestaffeld sorteren] als het selectievakje [Pagina's sorteren] is aangevinkt in de printerinstellingen.

Standaardinstelling: [Sorteren]

Nieten:

Geef hier aan of afdrukken geniet moeten worden. Als u de nietfunctie inschakelt, geef dan de nietpositie op.

Standaardinstelling: [Uit]

Perforeren:

Geef op of er gaten in de afdrukken moeten worden geperforeerd. Als u de perforeerfunctie inschakelt, geef dan de positie van de te perforeren gaten op.

Standaardinstelling: [Uit]

Vouwtype:

Geef op of de afdrukken moeten worden gevouwen of niet.

  • Halve vouw - Afdruk buitenkant (Boekje Finisher lade)

    Vouwt afdrukken in tweëen met de bedrukte zijde aan de buitenkant en levert deze in de boekjeslade van de finisher af.

Standaardinstelling: [Uit]

Meerdere vellen vouwen:

Geef op of er meerdere vellen papier tegelijkertijd moeten worden gevouwen of niet wanneer [Vouwtype:] is gespecificeerd.

Er kunnen maximaal vijf vellen per keer worden gevouwen wanneer [Halve vouw - Afdruk buitenkant (Boekje Finisher lade)] is geselecteerd bij [Vouwtype:].

Standaardinstelling: [Uit]

Boekje:

Geeft de paginavolgorde weer, zodat u afdrukken tot een boekje kunt vouwen.

Standaardinstelling: [Uit]