Hiermee kan elke gebruiker zijn of haar eigen Home-scherm gebruiken.
Als een gebruiker inlogt, wordt het persoonlijke Home-scherm weergegeven.
Bij gebruik van het standaard bedieningspaneel
Log in als apparaatbeheerder via het bedieningspaneel.
Druk op [Systeeminstellingen].
Druk op [Beheerderstoepassingen].
Druk 4 keer op [
Volg.].
Druk op [Eigen aanpassing van gebruiker].
Druk op [Toestaan] en druk vervolgens op [OK].
Log uit.
Bij gebruik van het Smart Operation Panel
Log in als apparaatbeheerder via het bedieningspaneel.
Druk op [Afsluiten].
Druk op [Schermeigenschappen].
Druk op [Apparaatinstellingen van scherm].
Druk op [Eigen aanpassing van gebruiker].
Druk op [Toestaan].
Log uit.
![]()
U kunt dit ook met Web Image Monitor configureren. Voor meer informatie, zie de Help-functie van Web Image Monitor.
De home-informatie voor elke gebruiker wordt gehandhaafd, zelfs als de optie "Eigen aanpassing van gebruiker" is ingesteld op [Verbieden]. Als de instelling weer verandert in [Toestaan], kan de informatie weer worden gebruikt.