Ga naar het scherm met initiële instellingen.
Bij gebruik van het standaard bedieningspaneel
Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].
Bij gebruik van het Smart Operation Panel
Druk op [Home] () onderaan in het midden van het scherm.
Druk op het [Gebruikerstools]-pictogram () op het [Home]-scherm.
Druk op [Apparaateigenschappen].
Druk op [Systeeminstellingen].
Druk op [Beheerderstoepassingen].
Druk op [
Volgende] tot [Programmeer/Wijzig/Verwijder LDAP server] wordt weergegeven.
Druk op [Programmeer/Wijzig/Verwijder LDAP server].
Druk op [Verwijderen].
Selecteer de LDAP-server die u wilt verwijderen.
Druk op [Ja].
Druk op [Afsluiten].
Sluit het oorspronkelijke instellingenscherm.
Bij gebruik van het standaard bedieningspaneel
Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].
Bij gebruik van het Smart Operation Panel
Druk rechtsboven in het scherm op [Gebruikersinstellingen] ().
Druk op [Home] () onderaan in het midden van het scherm.