In de volgende procedure wordt het scherm [Status controleren] gebruikt om taken te controleren.
Geef het scherm Status controleren weer.
Bij gebruik van het standaard bedieningspaneel
Druk op de knop [Status controleren].
Bij gebruik van het Smart Operation Panel
Druk op [Status controleren].
Druk op het tabblad [Huidige taak].
Selecteer de functie om de taak weer te geven.
Kies de opdracht waarvan u de inhoud wilt controleren.
Druk op [Details] en controleer vervolgens de inhoud.
Sluit het scherm Status controleren.
Bij gebruik van het standaard bedieningspaneel
Druk twee keer op [Afsluiten].
Bij gebruik van het Smart Operation Panel
Druk op [Sluiten].
Druk op [Status controleren].
Druk na het controleren van taken met behulp van het scherm [Takenlijst] tweemaal op [Afsluiten] om het scherm te sluiten.
U kunt taken controleren met behulp van het scherm [Takenlijst]. Wanneer een taak wordt verwerkt, drukt u op de [Stop]-knop, op de toets [Takenlijst] en daarna volgt u de procedure vanaf stap 3.