Druk op [Origin. invoertype].

Druk op [Batch] of [SADF].
Om originelen te scannen vanaf de glasplaat, selecteert u [Batch]. Om originelen te scannen via de ADF, selecteert u [SADF]. Voor meer informatie over [Batch] en [SADF], zie Batch, SADF.
Druk op [OK].
Plaats de originelen.
Geef instellingen op voor verzenden of opslaan.
Druk op [Start] om originelen te scannen.
Als [Batch] is geselecteerd, plaatst u extra originelen en drukt u vervolgens op de [Start]-knop.
Als [SADF] is geselecteerd, begint het scannen automatisch zodra u extra originelen op de glasplaat plaatst.
Plaats bijkomende originelen nadat de originelen zijn gescand.
Herhaal deze stap totdat alle originelen zijn gescand.
Zodra alle originelen zijn gescand, drukt u zo nodig op [
].
Opslaan of verzenden begint.
![]()
Als [Batch] is geselecteerd, kunnen originelen via de ADF worden gescand.
Wanneer originelen worden gescand via de glasplaat, wacht het apparaat mogelijk op volgende originelen, afhankelijk van de instellingen voor [Wachttijd voor volg. orig.: Glasplaat] op het tabblad [Scaninst.] bij [Scannereigensch.], ook als [Batch] niet is geselecteerd bij [Origin. invoertype]. Voor meer informatie over [Wachttijd voor volgend orig.: Glasplaat], zie Scaninstellingen.
Als [Scaninst.] is ingesteld voor [Scannereigensch.] of [Stel wachttijd in] op het tabblad [Wachttijd voor volg. orig.: Glasplaat] onder [Wachttijd voor volgend orig.: SADF], plaats dan meer originelen binnen de opgegeven tijd. Als het aftellen stopt, start het verzenden of opslaan automatisch. Om het verzenden of opslaan te starten voordat het aftellen is gestopt, drukt u op [
]. Aftellen wordt geannuleerd als de scaninstellingen of andere instellingen in de tussentijd gewijzigd worden. Plaats volgende originelen en druk daarna op [Start]. Het apparaat scant de originelen en het aftellen wordt hervat. Voor meer informatie [Wachttijd voor volgend orig.: Glasplaat] en [Wachttijd voor volgend orig.: SADF], zie Scaninstellingen.
Als [SADF] is geselecteerd, wordt het scannen vanaf de glasplaat ingeschakeld na het scannen via de ADF. In dat geval moet u op [Start] drukken om het scannen te starten.