Kopieën kunnen op de volgende manieren worden gevouwen : Z-vouw, Halve vouw, Briefvouw naar buiten, Briefvouw naar binnen.
![]()
Deze functie kunt u niet in combinatie met de handinvoer gebruiken.
![]()
U kunt de volgende soorten papier niet gebruiken met deze functie:
Interne multivouweenheid
Briefkaarten
OHP-transparanten
Dik papier
Halfdoorschijnend papier
Etiketten (stickervellen)
Enveloppen
Booklet Finisher SR3220
OHP-transparanten
Dik papier
Halfdoorschijnend papier
Etiketten (stickervellen)
Enveloppen
Booklet Finisher SR3240
OHP-transparanten
Dik papier 3, 4
Halfdoorschijnend papier
Etiketten (stickervellen)
Enveloppen
Het kopiëren zal stoppen, als het aantal kopieën de capaciteit van de lade overschrijdt. Wanneer dit gebeurt, moet u de kopieën uit de vouwlade verwijderen om het kopiëren te kunnen hervatten.
De bedrukte kant van het papier kan af en toe bevlekt raken met toner of kan zwarte strepen bevatten, afhankelijk van het papier en de omgevingsomstandigheden waarin het apparaat zich bevindt.
De afdrukkwaliteit op de vouwlijnen kan verminderd zijn. Dit wordt veroorzaakt door barsten in de gefuseerde toner. Er kan ook oppervlakteverlies plaatsvinden bij een aantal papiersoorten. Druk een testvel af, voordat u met de afdruksessie begint om mogelijke verspilling te voorkomen.
De capaciteit van de vouwlade kan verschillen, afhankelijk van de vouwinstellingen en de kwaliteit van het papier.
Voor meer informatie over welke formaten en gewichten van papier gevouwen kunnen worden, zie de handleiding Onderhoud en specificaties.
U kunt de terugvouwpositie opgeven in [Systeeminstellingen]. Raadpleeg Het apparaat aansluiten/Systeeminstellingen voor meer informatie over het aanpassen van de terugvouwpositie.