Voeg het IP-adres en de hostnaam van de netwerkprinter toe aan het bestand met hostnamen op de computer die u voor het afdrukken gebruikt. De methode voor het toevoegen is afhankelijk van het besturingssysteem.
Open bijvoorbeeld het bestand met hostnamen in een tekstverwerkingsprogramma.
Op computers met Windows Vista/7/8/8.1/10 en Windows Server 2008/2008 R2/2012/2012 R2 bevindt het hostbestand zich in de volgende map:
\WINDOWS\SYSTEM32\DRIVERS\ETC\HOSTS
Voeg een IPv4- of IPv6-adres en een hostnaam toe aan het bestand met hostnamen, in de volgende indeling:
192.168.15.16 host # NP
"192.168.15.16" is het IPv4-adres, "host" is de hostnaam van de printer en "#NP" wordt vervangen door opmerkingen. Voeg een spatie of tab toe tussen respectievelijk "192.168.15.16" en "host" en tussen "host" en "#NP", waarbij u één regel gebruikt voor dit formaat.
2001:DB::100 host # NP
"2001:DB::100" is het IPv6-adres, "host" is de hostnaam van de printer en "#NP" wordt vervangen door opmerkingen. Voeg een spatie of tab toe tussen respectievelijk "2001:DB::100" en "host" en tussen "host" en "#NP", waarbij u één regel gebruikt voor dit formaat.
Sla het bestand op.
![]()
Als een hostnaam wordt gebruikt op Windows Server 2008/2008 R2/2012/2012 R2 met IPv6-protocol, moet er een hostnaamresolutie worden uitgevoerd met een externe DNS-server. Het hostbestand kan niet worden gebruikt.