![]()
|
U kunt originelen laden en scannen op een type 1, 2 of 3 apparaat.
Aanzicht vanaf de voor- en linkerkant

Hoofdstroomschakelaar
Om het apparaat te kunnen gebruiken, moet de hoofdstroomschakelaar ingeschakeld zijn. Als dit niet het geval is, opent u het klepje van de hoofdstroomschakelaar en schakelt u deze in.
ADF
Laat de ADF zakken over de originelen die op de glasplaat liggen.
Als u een stapel originelen in de ADF plaatst, zal de AFD automatisch de originelen één voor één invoeren.
De ADF scant beide zijden van een origineel tegelijk.
Glasplaat
Plaats originelen hier met de bedrukte zijde naar beneden.
Bedieningspaneel
Tonercartridgeklep
Open deze om de tonercartridges te vervangen.
Linker voorpaneel
Open deze om vastgelopen papier te verwijderen of de stroom aan- of uit te schakelen.
Rechter voorpaneel
Openen om papierstoringen te verwijderen
Papierlade (lade 1-3)
Hier plaatst u het papier in. Lade 1 is een tandemlade waar het papier aan de linkerkant automatisch naar rechts gaat wanneer het papier daar op is.
Een indicatielampje aan de linkerkant van de voorkant van de lade brandt als papier wordt ingevoerd.
Aan/uit-schakelaar
Schakel deze schakelaar om als u het apparaat volledig wilt uitschakelen. De aan/uit-schakelaar moet bij normaal gebruik aan blijven. De schakelaar bevindt zich aan de binnenzijde van het linker voorpaneel. Voor meer informatie, zie Wat u beter wel en niet kunt doen.
Aanzicht vanaf de voor- en rechterkant

Statuslamp
ADF-verlengstuk
Trek dit verlengstuk uit om groot papier te ondersteunen.
Aanzicht vanaf de achter- en linkerkant

Ventilatieopening
De ventilatieopeningen zorgen ervoor dat het apparaat niet oververhit raakt.
Aardlekschakelaar
Beschermt gebruikers tegen elektrische schokken. Voor meer informatie over het controleren van de aardlekschakelaar, zie De aardlekschakelaars nakijken.