Kopieën kunnen op de volgende manieren gevouwen worden: Z-vouw, Halve vouw, Briefvouw nr buit, Briefvouw nr binn, Dub. parall. vouw en Venstervouw.
![]()
U kunt de volgende soorten papier niet gebruiken met deze functie:
Multivouweenheid
Briefpapier
OHP-transparanten
Tabbladen
Halfdoorschijnend papier
Etiketten (stickervellen)
Enveloppen
Booklet Finisher SR5060
OHP-transparanten
Tabbladen
Halfdoorschijnend papier
Etiketten (stickervellen)
Enveloppen
Papier dat wordt ingevoerd vanuit de tussenvoegeenheid kan worden gevouwen.
Het kopiëren zal stoppen, als het aantal kopieën de capaciteit van de lade overschrijdt. Wanneer dit gebeurt, moet u de kopieën uit de vouwlade verwijderen om het kopiëren te kunnen hervatten. De finisher voert automatisch het maximum aantal gevouwen vellen uit in de boekjeslade van de finisher.
De bedrukte kant van het papier kan af en toe bevlekt raken met toner of kan zwarte strepen bevatten, afhankelijk van het papier en de omgevingsomstandigheden waarin het apparaat zich bevindt.
De afdrukkwaliteit op de vouwlijnen kan verminderd zijn. Dit wordt veroorzaakt door barsten in de gefuseerde toner. Er kan ook oppervlakteverlies plaatsvinden bij een aantal papiersoorten. Druk een testvel af, voordat u met de afdruksessie begint om mogelijke verspilling te voorkomen.
De capaciteit van de vouwlade of finisherlade kan verschillen, afhankelijk van de vouwinstellingen en de kwaliteit van het papier.
Voor meer informatie over welke formaten en gewichten van papier gevouwen kunnen worden, zie de handleiding Onderhoud en specificaties.
U kunt de terugvouwpositie opgeven in [Systeeminstellingen]. Voor meer informatie over het aanpassen van de terugvouwpositie, zie de handleiding Het apparaat aansluiten/Systeeminstellingen.
Verwante onderwerpen
Z-vouw