Als de harde schijf van het apparaat niet voor andere doelen wordt gebruikt dan de documentserver, is het mogelijk dat het aantal documenten dat op de server kan worden opgeslagen, lager is dan het aantal dat in de specificaties wordt genoemd.
Klik op de menuknop van de toepassing die u gebruikt en klik vervolgens op [Afdrukken].
Selecteer de printer die u wilt gebruiken.
Klik op [Voorkeursinstellingen].
Klik in de lijst "Taaksoort:" op [Documentserver].
Klik op [Details...].
Voer indien vereist gebruikers-ID, bestandsnaam, wachtwoord en gebruikersnaam in.
Geef het mapnummer op om het document op te slaan in het venster "Mapnummer".
Als "0" wordt opgegeven in het vak "Mapnummer:" worden documenten in de Gedeelde map opgeslagen.
Als de map met een wachtwoord is beschermd, moet u het wachtwoord in het vak "Wachtwoord map:" invoeren.
Klik op [OK].
Wijzig indien nodig andere afdrukinstellingen.
Klik op [OK].
Begin met afdrukken vanuit het dialoogvenster [Afdrukken] van de toepassing.
U kunt de documenten die op de documentserver zijn opgeslagen met behulp van het bedieningspaneel afdrukken. Zie voor meer informatie Kopiƫren / Document Server.