Met deze functie kunt u voor- en achterbladen invoegen die vanaf een andere lade naar de hoofdlade worden gevoerd, waarna ze worden bedrukt.
Als het PCL 6-printerstuurprogramma gebruikt wordt, kan het voor- of achterblad worden opgegeven in het menu [Kaft/Tus.v.vel/Toew] op het tabblad [Uitgebreide Instelling]. Als het PCL 5c-printerstuurprogramma gebruikt wordt, kan het worden opgegeven op het tabblad [Papier]. Voor meer informatie over afdrukmethoden, zie de Help-functie van het printerstuurprogramma.
![]()
Als u een voorblad op een optionele tussenvoegeenheid plaatst, wordt het voorblad niet afgedrukt.
Voorblad
Hiermee wordt de eerste pagina van het document afgedrukt op het vel als voorblad.
Op één zijde afdrukken
Er wordt alleen op het voorblad afgedrukt
Het voorblad blijft blanco


Op beide zijden afdrukken
Hiermee worden beide zijden van een voorblad bedrukt
Er wordt op slechts één zijde van het voorblad afgedrukt
Het voorblad blijft blanco



Achterblad
Drukt de laatste pagina van het document af als achterblad.
Op één zijde afdrukken
Drukt af op de binnenzijde van het achterblad
Drukt af op de buitenzijde van het achterblad
Het achterblad blijft blanco



Op beide zijden afdrukken
Drukt af op de binnenzijde van het achterblad
Drukt af op de buitenzijde van het achterblad
Het achterblad blijft blanco
Het aantal pagina's is oneven.



Het aantal pagina's is even.



![]()
Het voor- en achterblad moet hetzelfde formaat en invoerrichting hebben als het papier voor de hoofdpagina's.
Stel het relevante papierformaat in als u een voor- en achterblad in de lade plaatst.
Het voor- en achterblad kan niet gebruikt worden met een tussenblad.
Om op beide zijden van het voor-/achterblad af te drukken, selecteert u dubbelzijdig afdrukken in het printerstuurprogramma. Voor meer informatie over het opgeven van instellingen voor dubbelzijdig afdrukken, zie Dubbelzijdig afdrukken.

