Koptekst overslaan
 

Aanbevolen papierformaten en -typen

Dit gedeelte geeft de aanbevolen papierformaten en -typen.

Belangrijk

  • Als u gekruld papier gebruikt, omdat het te droog of te vochtig is, dan kan een papierstoring optreden.

  • Gebruik geen papier dat bedoeld is voor een inkjetprinter, omdat het aan de fuseereenheid kan blijven plakken en een papierstoring kan veroorzaken.

  • Wanneer u overheadsheets plaatst, controleer de voor- en achterkant van de vellen en plaatst u ze correct. Anders kan er een storing ontstaan.

Lade 1

Papiertype en -gewicht

Papierformaat

Papiercapaciteit

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Selecteer het papierformaat met behulp van de papierformaatwijzer op de lade*1:

A4Staand, A5Staand, A6Staand, 81/2 × 14Staand, 81/2 × 11Staand, 51/2 × 81/2Staand

500 vellen

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Stel de papierformaatwijzer op de lade in op "Sterretje" en selecteer het papierformaat met het bedieningspaneel:

A5Liggend, B5 JISStaand, B6 JISStaand, 81/2 × 13Staand, 81/4 × 14Staand, 81/4 × 13Staand,

8 × 13Staand, 8 × 101/2Staand, 8 × 10Staand, 71/4 × 101/2Staand, 16KStaand, 81/2 × 132/5Staand

500 vellen

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Aangepast formaat:

Regio A pictogram (voornamelijk in Europa en Azië)

Verticaal: 148,0 – 356,0 mm

Horizontaal: 100,0 – 216,0 mm

Regio B pictogram (voornamelijk in Noord-Amerika)

Verticaal: 5,83 – 14,01 inch

Horizontaal: 3,94 – 8,50 inch

500 vellen

Enveloppen

Selecteer het papierformaat:

41/8 × 91/2Staand, 37/8 × 71/2Staand, C5 EnvStaand, C6 EnvStaand, DL EnvStaand

*2

*1 Als een afdruktaak wordt uitgevoerd op A5 of 5 1/2" × 8 1/2"-papier, wordt aanbevolen om het papier horizontaal in te stellen. Als een afdruktaak wordt uitgevoerd op papier dat verticaal is geladen, kunnen vlekken ontstaan aan de rand van het papier. Gebruik ook de handinvoerlade als er op papier wordt afgedrukt dat horizontaal is ingesteld.

*2 Stapel het papier niet hoger dan de limietmarkering. Het aantal vellen dat u in de papierlade kunt plaatsen, hangt af van het gewicht en de gesteldheid van het papier.

Onderste papierlade (250 vellen)

Papiertype en -gewicht

Papierformaat

Papiercapaciteit

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Selecteer het papierformaat met behulp van de papierformaatwijzer op de lade*1:

A4Staand, A5Staand, A6Staand, 81/2 × 14Staand, 81/2 × 11Staand, 51/2 × 81/2Staand

250 vellen

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Stel de papierformaatwijzer op de lade in op "Sterretje" en selecteer het papierformaat met het bedieningspaneel:

A5Liggend, B5 JISStaand, B6 JISStaand, 81/2 × 13Staand, 81/4 × 14Staand, 81/4 × 13Staand,

8 × 13Staand, 8 × 101/2Staand, 8 × 10Staand, 71/4 × 101/2Staand, 16KStaand, 81/2 × 132/5Staand

250 vellen

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Aangepast formaat:

Regio A pictogram (voornamelijk in Europa en Azië)

Verticaal: 148,0 – 356,0 mm

Horizontaal: 100,0 – 216,0 mm

Regio B pictogram (voornamelijk in Noord-Amerika)

Verticaal: 5,83 – 14,01 inch

Horizontaal: 3,94 – 8,50 inch

250 vellen

Onderste papierlade (500 vellen)

Papiertype en -gewicht

Papierformaat

Papiercapaciteit

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Selecteer het papierformaat met behulp van de papierformaatwijzer op de lade*1:

A4Staand, A5Staand, A6Staand, 81/2 × 14Staand, 81/2 × 11Staand, 51/2 × 81/2Staand

500 vellen

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Stel de papierformaatwijzer op de lade in op "Sterretje" en selecteer het papierformaat met het bedieningspaneel:

A5Liggend, B5 JISStaand, B6 JISStaand, 81/2 × 13Staand, 81/4 × 14Staand, 81/4 × 13Staand,

8 × 13Staand, 8 × 101/2Staand, 8 × 10Staand, 71/4 × 101/2Staand, 16KStaand, 81/2 × 132/5Staand

500 vellen

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Aangepast formaat:

Regio A pictogram (voornamelijk in Europa en Azië)

Verticaal: 148,0 – 356,0 mm

Horizontaal: 100,0 – 216,0 mm

Regio B pictogram (voornamelijk in Noord-Amerika)

Verticaal: 5,83 – 14,01 inch

Horizontaal: 3,94 – 8,50 inch

500 vellen

Handinvoer

Papiertype en -gewicht

Papierformaat

Papiercapaciteit

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Selecteer het papierformaat*1*2:

A4Staand, A5StaandLiggend, A6Staand, B5 JISStaand, B6 JISStaandLiggend, 81/2 × 14Staand, 81/2 × 13Staand, 81/2 × 11Staand, 81/4 × 14Staand,

81/4 × 13Staand, 8 × 13Staand, 8 × 101/2Staand, 8 × 10Staand, 71/4 × 101/2Staand, 51/2 × 81/2StaandLiggend, 16KStaand, 81/2 × 132/5Staand

  • Dun papier–Normaal papier 2: 100 vellen

  • Medium dik–Dik papier 2: *3

52–162 g/m2 (14 lb. bankpost – 90 lb. Index)

Dun papier - Dik papier 2

Aangepast formaat*4:

Regio A pictogram (voornamelijk in Europa en Azië)

Verticaal: 127,0 – 900,0 mm

Horizontaal: 60,0 – 216,0 mm

Regio B pictogram (voornamelijk in Noord-Amerika)

Verticaal: 5,00 – 35,43 inch

Horizontaal: 2,37 – 8,50 inch

  • Dun papier–Normaal papier 2: 100 vellen

  • Medium dik–Dik papier 2: *3

Kalkpapier

Selecteer het papierformaat*1*2:

A4Staand, A5StaandLiggend, A6Staand, B5 JISStaand, B6 JISStaandLiggend, 81/2 × 14Staand, 81/2 × 13Staand, 81/2 × 11Staand, 81/4 × 14Staand,

81/4 × 13Staand, 8 × 13Staand, 8 × 101/2Staand, 8 × 10Staand, 71/4 × 101/2Staand, 51/2 × 81/2StaandLiggend, 16KStaand, 81/2 × 132/5Staand

Aangepast formaat*4:

Regio A pictogram (voornamelijk in Europa en Azië)

Verticaal: 127,0 – 900,0 mm

Horizontaal: 60,0 – 216,0 mm

Regio B pictogram (voornamelijk in Noord-Amerika)

Verticaal: 5,00 – 35,43 inch

Horizontaal: 2,37 – 8,50 inch

*5

OHP-transparanten

*6

Etiketten (stickervellen)

1 vel

Enveloppen

Selecteer het papierformaat:

41/8 × 91/2Staand, 37/8 × 71/2Staand, C5 EnvStaand, C6 EnvStaand, DL EnvStaand

*7

*1 Als een afdruktaak wordt uitgevoerd op A5 of 5 1/2" × 8 1/2"-papier, wordt aanbevolen om het papier horizontaal te laden. Als een afdruktaak wordt uitgevoerd op papier dat verticaal is geladen, kunnen vlekken ontstaan aan de rand van het papier.

*2 Raadpleeg Kopiëren / Document Server voor de kopieermodus. Voor de printermodus, zie Normale formaten instellen via het bedieningspaneel.

*3 Als u dik papier plaatst in de handinvoer, stapel dit dan niet verder dan de limietmarkering op de lade. Het aantal vellen dat u in de handinvoerlade kunt plaatsen, hangt af van het gewicht en de gesteldheid van het papier.

*4 Voer het papierformaat in. Voor de kopieermodus, zie Kopiëren / Document Server. Voor de printermodus, zie Papier met afwijkende afmetingen instellen via het bedieningspaneel.

*5 Als u kalkpapier plaatst in de handinvoer, stapel dit dan niet verder dan de limietmarkering op de lade.

*6 Als u OHP-transparanten plaatst in de handinvoer, stapel dit dan niet verder dan de limietmarkering op de lade.

*7 Plaats enveloppen zodanig dat de hoogte van de stapel enveloppen niet boven de limietmarkering van de handinvoer uitkomt zonder de stapel naar beneden te duwen.

Papierdikte

Papierdikte*1

Papiergewicht

Dun papier

52 – 65 g/m2 (14–18 lb. bankpost)

Normaal papier

66 – 74 g/m2 (18 – 20 lb. bankpost)

Normaal papier 2

75 – 90 g/m2 (20 – 24 lb. bankpost)

Medium dik

91-105 g/m2 (24-28 lb. bankpost)

Dik papier 1

106-130 g/m2 (28-35 lb. bankpost)

Dik papier 2

131 – 162 g/m2 (35 lb. bankpost – 90 lb. Index)

*1 De afdrukkwaliteit neemt af als het door u gebruikte papier dicht bij het minimale of maximale gewicht ligt. Wijzig de instelling voor het papiergewicht in dunner of dikker.

Opmerking

  • Aanbevolen papier: Papier met een calciumcarbonaat-gehalte (CaCO3) van 15% of minder.

  • Bepaalde papiertypen (zoals kalkpapier of OHP-transparanten) kunnen wat meer geluid bij het bedrukken veroorzaken dan normaal. Dit geluid wijst niet op een probleem en heeft geen invloed op de afdrukkwaliteit.

  • De papiercapaciteit in de bovenstaande tabellen dient als voorbeeld. De werkelijke papiercapaciteit kan lager zijn, afhankelijk van het papiertype.

  • Zorg er bij het plaatsen van papier voor dat de stapelhoogte niet boven het limietteken op de papierlade uitkomt.

  • Als invoer van meerdere vellen plaatsvindt, waaiert u de vellen grondig of plaatst u de vellen een voor een.

  • Strijk gekrulde vellen glad voordat u ze plaatst.

  • De kopieer-/afdruksnelheid kan lager dan gewoonlijk liggen afhankelijk van het papierformaat en -type.

  • Zie bij het plaatsen van enveloppen Enveloppen plaatsen.

  • Wanneer u dik papier plaatst van 106-162 g/m2 (28 lb. Bankpost-90 lb. voorblad), zie Dik papier.

  • Wanneer u op briefpapier kopieert of afdrukt, is de richting waarin u het papier plaatst afhankelijk van de functie die u gebruikt. Voor meer informatie, zie Papier met vaste afdrukrichting of dubbelzijdig papier plaatsen.

  • Indien u papier van hetzelfde formaat en hetzelfde type in twee of meer lades plaatst, zal het apparaat automatisch overschakelen naar de andere lade wanneer in de eerste lade het papier opraakt. Deze functie wordt Automatische ladewisseling genoemd. Deze functie zorgt ervoor dat u een kopieersessie niet hoeft te onderbreken voor het aanvullen van papier tijdens het maken van een groot aantal kopieën. U kunt het papiertype van de papierlades opgeven onder [Papiertype: Lade 1][Papiertype: Lade 3]. Voor meer informatie, zie Het apparaat aansluiten / Systeeminstellingen. Voor meer informatie over het instellen van de functie Automatische ladewisseling, zie de handleiding Kopiëren / Document Server.

  • Bij het plaatsen van etikettenpapier:

    • Wij raden u aan gespecificeerd etikettenpapier te gebruiken.

    • Druk op [Handinvoer] en selecteer vervolgens de juiste papierdikte bij [Papiertype].

  • Wanneer u OHP-transparanten plaatst:

    • Als er meerdere vellen tegelijk worden ingevoerd, plaats de vellen dan één voor één.

    • Bij het kopiëren op OHP-transparanten, zie Kopiëren / Document Server.

    • Voor het afdrukken op OHP-transparanten vanaf de computer, zie Dik papier, dun papier of OHP-transparanten als papiertype instellen op het bedieningspaneel.

    • Waaier OHP-transparanten zorgvuldig los wanneer u ze gebruikt. Hierdoor kunnen OHP-transparanten niet samenkleven en verkeerd worden geplaatst.

    • Verwijder gekopieerde of afgedrukte vellen één voor één.

  • Bij het plaatsen van doorzichtig papier:

    • Als er meerdere vellen tegelijk worden ingevoerd, waaier de vellen dan goed los of plaats ze één voor één.

    • Bij het plaatsen van doorzichtig papier moet u altijd papier met een lange structuur gebruiken en de papierrichting instellen volgens de structuur.

    • Doorzichtig papier absorbeert gemakkelijk vocht en gaat krullen. Verwijder de krul in het doorzichtig papier voordat u het plaatst.

Verwante onderwerpen

Dik papier
Enveloppen