U kunt printerinstellingen opgeven vanuit een specifieke toepassing. Hiervoor opent u het dialoogvenster [Afdrukvoorkeuren] in de desbetreffende toepassing.
De instellingen in [Afdrukvoorkeuren] (geopend vanuit het venster [Apparaten en printers]) worden standaard toegepast in het dialoogvenster [Afdrukvoorkeuren] dat in een toepassing wordt geopend. Als er vanuit een toepassing wordt afgedrukt, pas dan indien vereist de instellingen aan.
De weergegeven schermen kunnen afwijken afhankelijk van de toepassing. In de volgende procedure wordt uitgelegd hoe u documenten kunt afdrukken vanuit een toepassing, met als voorbeeld Kladblok in Windows 7.
Klik op de menuknop van Kladblok in de linkerbovenhoek van het venster en klik op [Afdrukken].
Selecteer de printer die u wilt gebruiken in de lijst [Printer selecteren].
Klik op [Voorkeursinstellingen].