U kunt heen en weer schakelen tussen de drie schermen die in deze paragraaf worden beschreven door het scherm omhoog of omlaag te vegen.

Nr. |
Pictogram |
Beschrijving |
|---|---|---|
1 |
|
U kunt overschakelen naar de directe verzendingsmodus. Standaard is de geheugenverzendingsmodus geselecteerd, tenzij directe verzending is geselecteerd. |
2 |
|
U kunt een origineeltype selecteren dat geschikt is voor uw originelen. |
3 |
|
Druk hierop om de resolutie te selecteren volgens de tekstgrootte van het origineel. |
4 |
|
Druk hierop om de belichting op te geven waarmee u het origineel wilt scannen. U kunt de belichting ook opgeven door op het pictogram |
5 |
|
Druk hierop om het scanformaat van het origineel te selecteren. |
6 |
|
Druk hierop om de zijden van het origineel te selecteren. |

Nr. |
Pictogram |
Beschrijving |
|---|---|---|
7 |
|
Druk hierop om de richting van het origineel te selecteren. |
8 |
|
Druk hierop om de verzender op te geven. |
9 |
|
U kunt instellingen opgeven zodat bestanden direct of via F-code vertrouwelijke communicatie op een specifiek tijdstip worden verzonden. |
10 |
|
Geef het onderwerp op voor de internetfax/e-mail. |
11 |
|
Geef de tekst op voor de internetfax/e-mail. |

Nr. |
Pictogram |
Beschrijving |
|---|---|---|
12 |
|
U kunt een standaardbericht selecteren om af te drukken. |
13 |
|
U kunt bestanden verzenden via een besloten netwerk. |
14 |
|
Ontvangstbevestiging aanvragen. |
15 |
|
U kunt per e-mail een verzendingsmelding ontvangen. |
16 |
|
Zodra de verzending is voltooid, kunt u het resultaat afdrukken. |
17 |
|
Geef hier internetfax-/e-mailbestemmingen op als bcc-adressen. |