In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het menu Gebruikersinstellingen opent.
Met Gebruikersinstellingen kunt u standaardinstellingen wijzigen of instellen. Er zijn zes soorten menu's:
Schermeigenschappen
Geef de instellingen van het bedieningspaneel op.
Apparaateigenschappen
Geef de instellingen van het apparaat op.
Teller
U kunt het aantal vellen bevestigen dat u heeft gekopieerd en afgedrukt.
Informatie
U kunt de contactgegevens voor vragen bevestigen.
Adresboekmanagement
U kunt gebruikersinformatie van het apparaat en adressen voor het verzenden met scanfuncties beheren
Instellingen papierlade
Geef de instellingen van het papier op.
![]()
Het bepalen van systeeminstellingen gebeurt anders dan normaal. Verlaat de Gebruikersinstellingen altijd als u klaar bent.
Wijzigingen die u maakt met Gebruikersinstellingen blijven van kracht, zelfs wanneer de hoofdschakelaar of de bedieningsschakelaar uitgezet wordt of wanneer [Energiespaarstand] of [Reset] wordt ingedrukt.