Het is mogelijk de instellingen voor het aanpassen van de afbeeldingskwaliteit aan te passen. Als deze waarde wordt aangepast, kunnen er betere afdrukresultaten worden behaald.
Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop.
Druk op [Printereigensch.].
Druk op [
].
Druk op het tabblad [RPGL-menu].
Druk driemaal op[
Volgende].
Druk op [85. Afbeeldingskwaliteit aanpassen].
Pas de kleuren aan via [85. Afbeeldingskwaliteit aanpassen], druk op [85-1. Helderheid] en voer de waarde in met behulp van de cijfertoetsen.
Druk op [OK].
Druk op [Afsluiten].
Druk de gegevens vanaf de computer af.
![]()
De instellingen voor grijsreproductie gelden niet voor "RP-GL/2 (Type1, Type3)". De instellingen voor Afbeeldingskwaliteit aanpassen gelden niet voor rastergegevens voor "RP-GL/2 (Type1)".