Koptekst overslaan
 

45. Lijnkenmerken

Afbeelding van items uitsluitend beschikbaar op RP-GL/2

Geef aan hoe lijneindes en verbindingslijnen bij het afdrukken worden weergegeven.

Verwerken van lijneindes

Instelling

Vorm van lijneindes

Geen

Afbeelding van Geen

Vierkant einde

Afbeelding van Vierkant einde

Driehoekig einde

Afbeelding van Driehoekig einde

Rond einde

Afbeelding van Rond einde

Standaardinstelling:Niet opgeven

Verwerken van verbindingslijnen

Instelling

Vormen van verbindingslijnen

Geproject. verbinding

Afbeelding van projectieverbindingslijn

Geproject./schuine verb.

Afbeelding van projectie-/schuine verbindingslijn

Driehoekig einde

Afbeelding van driekhoekige verbindingslijn

Rond einde

Afbeelding van ronde verbindingslijn

Schuine verbinding

Afbeelding van schuine verbindingslijn

Geen

Afbeelding van Geen

Standaardinstelling:Niet opgeven

Opmerking

  • Als tekeningen met lijnen van een grote breedte worden weergegeven, is het mogelijk dat de tekening niet juist wordt afgedrukt afhankelijk van de instellingen voor "Lijneindes" en "Verbindingslijnen".

  • Deze functie wordt toegepast op lijnen die breder zijn dan 0,35 mm.

  • Als de lijnbreedte 0,35 mm is of minder, worden "Rond einde" en "Ronde verbinding" op de lijneindes en verbindingslijnen toegepast.

  • Als "Niet specifieren" niet is geselecteerd, zijn de lijnkenmerken die door de LA-opdracht zijn opgegeven ongeldig. De LA-opdracht is alleen geldig als "Niet specificeren" is geselecteerd in zowel "Lijneindes" en "Verbindingslijnen".

  • Als "Niet specificeren" voor elk submenu in de lijnkenmerkeninstellingen is geselecteerd, zijn voor elke instelling standaard "Geen" voor lijneindes en "Geproject. verbinding" voor verbindingslijn ingesteld.

  • Het is mogelijk dat de opgegeven instellingen voor deze functie in sommige toepassingen niet functioneren.