Deze illustratie toont het bedieningspaneel van een apparaat waarop alle opties zijn geïnstalleerd.

[Home]-knop
Druk hierop om het [Home]-scherm weer te geven. Voor meer informatie, zie Het [Home]-scherm gebruiken.
Functietoetsen
Er zijn geen functies toegewezen aan de functietoetsen. U kunt vaak gebruikte functies, programma's en internetpagina's registreren. Voor meer informatie, zie De functietoetsen configureren.
Display
Geeft de toetsen weer voor iedere functie, bewerkingsstatus of berichten. Zie De modus wijzigen en Het weergavescherm op het bedieningspaneel.
[Reset]-knop
Druk op deze knop om de huidige instellingen te verwijderen.
[Programmeren]-knop (kopieer-, Documentserver- en scannermodus)
Druk op deze knop om veelgebruikte instellingen vast te leggen of vastgelegde instellingen op te roepen.
Druk op deze knop om standaarden in te stellen voor het basisdisplay wanneer instellingen zijn verwijderd of gereset, of onmiddellijk nadat de aan-/uitschakelaar is aangezet.
[Onderbreken]-knop
Druk deze knop in om het kopiëren te onderbreken. Zie Kopiëren / Document Server.
Aan/uit-indicatielampje
Het Aan/uit-indicatielampje gaat branden wanneer u de aan-/uitschakelaar inschakelt.
[Energiespaarstand]-knop
Druk op deze knop om de slaapstand in- of uit te schakelen. Zie Energie besparen.
Als het apparaat in de slaapstand staat, knippert de knop [Energiespaarstand] langzaam.
[Inloggen/Uitloggen]-knop
Druk hierop om in of uit te loggen.
[Gebruikersinstellingen/Teller]
Gebruikersinstell.
Druk op deze knop om de standaardinstellingen aan te passen aan uw wensen. Zie Het apparaat aansluiten / Systeeminstellingen.
Teller
Druk op deze knop om de tellerwaarde te bekijken of af te drukken. Zie Teller.
U kunt nagaan waar u verbruiksartikelen kunt bestellen en welk nummer u moet bellen bij storingen. U kunt deze gegevens ook afdrukken. Zie Informatie controleren met Gebruikersinstools.
[Vereenvoudigd scherm]
Druk op deze knop om naar het vereenvoudigde scherm over te gaan. Zie De schermindeling wijzigen.
[
]-knop (invoeren/bevestigen)
Druk op deze knop om de waardes te bevestigen die zijn ingevoerd of items die zijn opgegeven.
[Start]-knop
Druk op deze knop om te kopiëren, af te drukken, te scannen of te verzenden.
[Testafdruk]-knop
Druk op deze knop om een enkele set kopieën of afdrukken te maken om de afdrukkwaliteit te controleren, voordat u meerdere sets gaat kopieëren of afdrukken. Zie de handleiding Kopiëren / Document Server.
[Stop]-knop
Druk op deze toets om een taak die wordt uitgevoerd, zoals kopiëren, scannen of afdrukken, te stoppen.
[Wissen]-knop
Druk op deze knop om een ingevoerd cijfer te wissen.
Cijfertoetsen
Gebruik deze toetsen om de hoeveelheid kopieën en gegevens voor de geselecteerde functie in te voeren.
[Status controleren]-knop
Druk op deze knop om de systeemstatus van het apparaat, de bedieningsstatus van elke functie en de huidige taken te bekijken. U kunt hier ook de taakgeschiedenis en de onderhoudsinformatie van het apparaat bekijken.
Indicator voor gegevensontvangst (printermodus)
Knippert wanneer het apparaat afdrukopdrachten ontvangt van een computer. Voor meer informatie, zie de handleiding Afdrukken.
Mediasleuven
Gebruik deze om een SD-kaart of een USB-flashgeheugen aan te sluiten.
Lampje voor mediatoegang
Dit lampje licht op als er een geheugenkaart in de mediasleuf wordt geplaatst of als de informatie hierop wordt geopend.