Druk op [Sel. opgesl. best.].
Selecteer het document waarvan u een voorvertoning wilt bekijken.
Druk op de Miniatuurweergave-toets om over te schakelen naar de miniatuurweergave.
Als u een document met een wachtwoord selecteert, voert u het wachtwoord in met de cijfertoetsen en drukt u vervolgens op [OK].
Druk op [Voorvertoning].
Controleer de voorvertoning.
Druk op [Uitzoomen] of [Inzoomen] om de voorvertoningsafbeelding te vergroten of te verkleinen. U kunt ook twee keer tikken om de voorbeeldweergave te vergroten of verkleinen.
Druk op [] [] [] [] om door de voorvertoningsafbeelding te scrollen. U kunt ook tikken om door de voorbeeldweergave te bladeren.
Druk op [Veranderen] onder [Bestand weergeven] om een ander geselecteerd bestand weer te geven.
Druk op [Veranderen] onder [Pagina weergeven] om een andere pagina weer te geven.
Druk op [Afsluiten].
Druk op [OK].
Als afbeeldingsbestanden corrupt zijn, worden ze niet in het voorvertoningsscherm weergegeven.