Probleem |
Oplossing |
|---|---|
De afgedrukte afbeelding verschilt van de afbeelding op het computerdisplay. |
Als u bepaalde functies gebruikt, zoals vergroting en verkleining, kan de uiteindelijke lay-out van de afbeelding er anders uitzien dan op het computerscherm. |
Afbeeldingen worden afgebroken, of er worden overtollige pagina's afgedrukt. |
Mogelijk gebruikt u papier dat kleiner is dan het formaat dat in de toepassing is geselecteerd. Gebruik hetzelfde papierformaat als dat u in de toepassing heeft geselecteerd. Als u geen papier van het juiste formaat kunt plaatsen, gebruikt u de verkleiningsfunctie om de afbeelding te verkleinen en drukt u deze vervolgens af. Zie de helpfunctie van het printerstuurprogramma voor verdere informatie. |
PDF Direct Print wordt niet uitgevoerd (PDF-bestand wordt niet afgedrukt). |
U moet een harde schijf installeren of de waarde voor [RAM Disk] in het menu Systeem instellen op 2 GB of hoger. Voor meer informatie over [RAM Disk], zie Systeem. Bij het afdrukken van een PDF met behulp van een wachtwoord, moet u het wachtwoord van het PDF-bestand met behulp van het menu [PDF-wachtwoord wijzigen] in [PDF-menu] of Web Image Monitor instellen. Voor meer informatie over [PDF wachtwoord wijzigen], zie PDF-menu. Voor meer informatie over Web Image Monitor, zie de Help-functie van Web Image Monitor.
|
Tekens zijn vervormd of ontbreken wanneer wordt afgedrukt met PDF Direct Print. |
Sluit het lettertype in in het PDF-bestand voordat u het afdrukt. |
Het papierformaat verschijnt op het bedieningspaneel en het afdrukken met PDF Direct Print werkt niet. |
Wanneer PDF Direct Print wordt gebruikt, is het noodzakelijk dat het papierformaat is ingesteld in het PDF-bestand. Wanneer een bericht wordt weergegeven waarin een papierformaat wordt aangegeven, moet u ofwel papier van het aangegeven formaat in de papierlade plaatsen of Paginadoorvoer uitvoeren. En als [Sub papierformaat] in het menu [Systeem] is ingesteld op [Automatisch], wordt afgedrukt onder de aanname dat Letter- en A4-papier dezelfde afmetingen hebben. Als bijvoorbeeld een PDF-bestand dat is ingesteld op A4-formaat wordt afgedrukt met PDF rechtstreeks afdrukken en er zit Letter-papier in de papierlade, dan wordt het bestand gewoon afgedrukt. |
Het duurt lang voor de printer begint met afdrukken. |
De printer opent de USB-interface als hij een afdruktaak ontvangt van het netwerk van het USB-apparaatserver. In dit geval duurt het langer dan normaal voordat een taak wordt afgedrukt dan wanneer die ontvangen wordt van het printernetwerk. Als het te lang duurt voor het afdrukken begint, voer dan een kortere periode in voor [I/O-time-out] via het bedieningspaneel van de printer. |
De kleur van de afdruk wijkt af van de kleur op het computerscherm. |
|
De kleur op de afdruk is anders dan de kleur die ik heb opgegeven. |
Indien u een specifieke kleur mist, zet dan de printer uit, wacht een paar minuten en zet deze vervolgens weer aan. Als het probleem nog steeds niet is opgelost, neemt u contact op met uw verkoop- of servicevertegenwoordiger. |
De kleur verandert aanzienlijk wanneer u deze afstelt via het printerstuurprogramma. |
Maak de instellingen voor de kleurbalans in het menu [Afdrukkwaliteit] op het tabblad [Uitgebreide Instelling] in het dialoogvenster van het printerstuurprogramma niet te extreem. Let op dat de voorbeeldafbeelding die op het printerstuurprogramma staat alleen gebruikt wordt om aan te tonen welke verwerking gebruikt wordt, dus het kan zijn dat het niet overeenkomt met de afdrukresultaten. Zie de helpfunctie van het printerstuurprogramma voor verdere informatie. |
Kleurendocumenten worden afgedrukt in zwart-wit. |
|
Effen vlakken, lijnen of tekst glimmen of glanzen als ze afgedrukt worden met een mengsel van cyaan, magenta en geel. |
|
Zwarte gradatie is niet natuurlijk. |
|
Een kleur ontbreekt of is wazig. |
|