In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de instelling van de standaard-TCP/IP-poort wijzigt, met Windows 7 als voorbeeld.
Klik met de rechtermuisknop op de printer die u wilt gebruiken in het venster [Apparaten en printers] en klik vervolgens op [Printereigenschappen].
In Windows Vista of Windows Server 2008 klikt u in het venster [Printers] op het pictogram van de printer die u wilt gebruiken.
Klik in Windows 8/8.1 en Windows Server 2012/2012 R2 op [Instellingen] op de pictogrambalk, klik op [Configuratiescherm] en vervolgens op [Apparaten en printers weergeven] in het venster [Configuratiescherm]. Klik met de rechtermuisknop op de printer die u wilt gebruiken en klik dan op [Printereigenschappen].
Klik op het tabblad [Poorten] en vervolgens op [Poort toevoegen].
Klik op [Standaard TCP/IP] en vervolgens op [Nieuwe poort].
In het dialoogvenster [Wizard Standaard-TCP/IP-printerpoort toevoegen] klikt u op [Volgende].
In het vak [Printernaam of IP-adres] voert u de printernaam of het IP-adres in en klikt u vervolgens op [Volgende].
In het dialoogvenster [Wizard Standaard-TCP/IP-printerpoort toevoegen] klikt u op [Voltooien].
Sluit het dialoogvenster van de printerpoort.
Controleer de locatie van de geselecteerde printer en klik vervolgens op [Sluiten].