Koptekst overslaan
 

Het faxnummer opgeven door op een LDAP-server te zoeken

In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u een in een LDAP-server geregistreerde bestemming kunt zoeken en deze kunt opgeven als faxbestemming.

Belangrijk

  • Deze functie kan worden gebruikt als een LDAP-server op het netwerk is aangesloten.

  • Onder [Systeeminst.] dient de LDAP-server in [Prgr./Wz./Vrw. LDAP Srv.] geregistreerd te zijn en [LDAP zoeken] dient te zijn ingesteld op [Aan]. Zie Het apparaat aansluiten / Systeeminstellingen voor details over het configureren van de LDAP-server.

Druk op de [Bestemming zoeken]-knop en selecteer de instellingen met [Pijl-omlaag ] of [Pijl-omhoog ].

Afbeelding van de knop Bestemming zoeken

1Selecteer [Zoek LDAP] Druk op de [OK]-knop.

2Selecteer [Select. Serv.] Druk op de [OK]-knop.

3Selecteer de server Druk op de [OK]-knop.

Als verificatie nodig is voor toegang tot de server, verschijnt het verificatiescherm. Voer de juiste gebruikersnaam en het juiste wachtwoord in.

Het scherm LDAP zoeken wordt opnieuw weergegeven.

4Selecteer [Geavanceerd zoeken] Druk op de [OK]-knop.

5Selecteer [Naam] of [Faxnummer] Druk op de [OK]-knop.

Selecteer [Naam] als u een bestemming wilt zoeken op naam.

Selecteer [Faxnummer] als u wilt zoeken op faxnummer.

6Voer een deel van de bestemmingsnaam of het faxnummer in Druk op de [OK]-knop.

Als u [Naam] selecteert, kun u op voor- of achternaam zoeken, afhankelijk van de instellingen van de LDAP-server. Raadpleeg de beheerder.

7Selecteer een zoekcriterium Druk op de [OK]-knop.

8Druk op de [Escape]-knop.

Afbeelding Escape-knop

9Druk op [Zoeken].

Bestemmingen die aan de zoekcriteria voldoen, worden weergegeven.

10Selecteer de bestemming Druk op [Pijl-links ].

U kunt meerdere bestemmingen tegelijk selecteren.

Druk op [Pijl-links ] om de selectie van de bestemming ongedaan te maken.

11Druk op de [OK]-knop.

Opmerking

  • Er kunnen maximaal 100 bestemmingen als zoekresultaten worden weergegeven.

  • De zoekcriteria [Afdelingsnaam], [Naam], [Faxbestemming], [E-mailadres] en [Bedrijfsnaam] die verschijnen bij [Geavanceerd zoeken], zijn geregistreerd in de LDAP-server.

  • U kunt een zoekvoorwaarde voor LDAP zoeken op het scherm [Zoekopties] toevoegen als u [Prgr./Wz./Vrw. LDAP Srv.] in [Systeeminst.] heeft ingesteld bij [Geavanceerd zoeken]. Zie Het apparaat aansluiten / Systeeminstellingen voor details over het configureren van de LDAP-server.

  • U kunt uit criteria kiezen van de volgende lijst:

    • [Insluiten]: er wordt gezocht naar namen die een of meer van de ingevoerde tekens bevatten. Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "A", "B" of "C".

    • [Uitsluiten]: er wordt gezocht naar namen die een of meer van de ingevoerde tekens niet bevatten. Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "D".

    • [Eerste woord]: er wordt gezocht naar de namen die beginnen met een of meerdere van de ingevoerde tekens. Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "A".

    • [Ltste woord]: er wordt gezocht naar de namen die eindigen met een of meerdere van de ingevoerde tekens. Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "C".

    • [Ex. ovreenk.]: er wordt gezocht naar de namen die corresponderen met (een) ingevoerd(e) teken(s). Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "ABC".

    • [Ongestr. zk]: een vage zoekbewerking (de werking van deze vage zoekbewerking is afhankelijk van het door de LDAP-server ondersteunde systeem).

  • Wanneer u via LDAP-servers zoekt, wordt de tekenreeks die u in de zoekvoorwaarde [Naam] opgeeft, gelezen als de voor- of achternaam, afhankelijk van de instelling van de beheerder. Als u bijvoorbeeld de naam "Jan Smits" wilt zoeken, vraagt u de systeembeheerder of u "Jan" of "Smits" moet invoeren.

  • Voor nadere details over tekstinvoer, zie de handleiding Snel aan de slag.