Koptekst overslaan
 

Een papiertype specificeren

U kunt de prestaties van de printer verbeteren door de optimale papiersoort te selecteren voor de lade.

SP 4510DN

Druk op de [Menu]-knop en selecteer de instellingen met de toetsen [Pijl-omlaag ] of [Pijl-omhoog ].

1Selecteer [Papierinvoer] Druk op [OK]

2Selecteer [Papiertype: (ladenaam)] Druk op [OK]

3Selecteer het type papier dat in de opgegeven lade ligt Druk op [OK]

4Als u [Gerecycled papier], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Etikettenpapier], [Envelop] of [Voorbedrukt papier] geselecteerd hebt als papiertype, druk dan op [Escape]

5Selecteer [Onderhoud] Druk op [OK]

6Selecteer [Algemene instellingen] Druk op [OK]

7Selecteer de papierdikte-instellingen voor het opgegeven papiertype Druk op [OK]

8Selecteer de lade waarin het opgegeven papier zit [OK]

Als u [Instelling Briefhoofd], [Instelling Etiketten] of [Instelling Envelop] geselecteerd hebt in stap 8, kunt u de papierdikte voor iedere lade afzonderlijk instellen. Voor andere papiertypes wordt de opgegeven papierdikte gebruikt voor alle lades.

9Selecteer de papierdikte Druk op [OK]

SP 4520DN

1Druk op de [User Tools]-knop en ga vervolgens naar het scherm [Instell. papierlade].

[Systeeminstellingen] [Instell. papierlade]

2Druk op [Papiertype: (ladenaam)] en geef vervolgens het papiertype en -dikte op.

  • [Papiertype]

    Selecteer het papiertype [OK]

  • [Papierdikte]

    Selecteer de papierdikte [OK]

Opmerking