Koptekst overslaan
 

Geef instellingen voor bewerken op.

[Midden/Rand wissen]

Als u [Dezelfde breedte] selecteert, kunt u een standaardbreedte opgeven voor het wissen van alle randen rondom het origineel (boven, onder, links en rechts) of in het midden. Als u [Verschil. breedte] selecteert, kunt u een andere breedte opgeven voor elke te wissen rand.

[Verkl/vergr]

Bij het scannen van een stapel gemengde origineelformaten, kunt u het uniforme formaat van de gescande gegevens opgeven met behulp van [Specif. formaat].

Waarden in het configuratiescherm Verkleinen/Vergroten invoeren

Genummerde afbeelding van het scherm van het bedieningspaneel

  1. Geef reproductieratio op

    Geef een waarde op voor de reproductiefactor.

    Druk op [+] of [-] om kleine wijzigingen aan te brengen in de reproductiefactorwaarde.

    Als u de waarde in grote stappen wilt wijzigen, kunt u de gewenste waarde invoeren met behulp van de [Cijfertoetsen]. Vervolgens drukt u op [Scherp].

    Als u een vooraf ingestelde reproductiefactor wilt gebruiken, kunt u op de gewenste factor drukken.

  2. Specificeer formaat

    Geef het afwerkformaat van de gescande originelen op.

    Druk op [Specif. formaat] en geef vervolgens het afwerkformaat op van de gescande originelen.

    Als u [Aangep. formaat] wilt opgeven voor het afwerkformaat van de gescande originelen, voer dan met behulp van de cijfertoetsen de waarde van [Korte rand] en [Lange rand] in van het scanformaat.

Opmerking

  • [Hoge compressie PDF] kan niet geselecteerd worden als u gebruikmaakt van de [Verkl/vergr]-functie.

  • Zie Scaninstellingen voor meer informatie over het bewerken van de vooraf ingestelde reproductiefactor.