Teksten die van tevoren zijn vastgelegd, zoals "KOPIE", worden op kopieën gestempeld.
(voornamelijk in Europa en Azië)
Afhankelijk van uw model is deze functie misschien niet beschikbaar. Raadpleeg de handleiding Snel aan de slag voor meer informatie.
Deze functie kunt u niet in combinatie met de handinvoer gebruiken.
Er kan slechts één melding tegelijk worden gestempeld.
De volgende acht meldingen zijn beschikbaar voor Voor.ingest. Stmp.:
"KOPIE", "SPOED", "PRIORITEIT", "Ter informatie", "PRELIMINAIR", "Alleen voor intern gebruik", "VERTROUWELIJK" en "ONTWERP".
Druk op [Bew./Stempel].
Druk twee keer op [Stempel].
Druk op [Vooraf ingestelde stempel].
Kies het gewenste bericht.
Druk op [Wijzigen].
Selecteer de positie, de grootte en de dichtheid en druk vervolgens op [OK].
Druk op [Alle pagina's] of [Alleen 1e pagina] om de pagina te selecteren waarop de stempel dient te worden afgedrukt.
Druk drie keer op [OK].
Afhankelijk van het papierformaat worden delen van de stempel mogelijk niet afgedrukt als u het formaat van de stempel wijzigt.
U kunt het formaat en het patroon van stempels aanpassen. Afhankelijk van de instelling kan de dichtheid veranderen.
Voor meer informatie over stempelposities, zie Stempels.
U kunt de instellingen voor Voor.ingest. Stmp. wijzigen onder [Voor.ingest. Stmp.] in Gebruikerstools. Voor meer informatie, zie Vooraf ingestelde stempels.