Koptekst overslaan
 

De coderingsinstellingen inschakelen

Belangrijk

  • Het apparaat kan niet worden gebruikt als er op dat moment gegevens worden gecodeerd.

  • Wanneer het coderingsproces eenmaal gestart is, kunt u dit niet meer stoppen. Zorg ervoor dat u de hoofdstroomschakelaar niet uitschakelt wanneer het coderingsproces gaande is. Indien u de hoofdstroomschakelaar wel uitschakelt tijdens het coderingsproces, kan de harde schijf beschadigd raken en worden alle gegevens die erop staan onbruikbaar.

  • Bij een storing van het apparaat heeft u de coderingssleutel nodig om gegevens te herstellen. Zorg ervoor dat u de coderingssleutel veilig opslaat, zodat u back-upgegevens kunt oproepen.

  • De codering begint nadat u de procedure via het bedieningspaneel hebt afgerond en het apparaat opnieuw hebt gestart door het apparaat uit en weer aan te zetten. Als zowel de functie 'Wissen door overschrijven' als de coderingsfunctie ingeschakeld zijn, begint het coderen nadat de gegevens die zijn opgeslagen op de harde schijf zijn overschreven en het apparaat opnieuw is opgestart door het apparaat uit en weer aan te zetten.

  • Als u de harde schijf door overschrijven wist en gelijktijdig codering gebruikt en u selecteert 3 keer overschrijven voor "Willekeurige cijf.", zullen deze bewerkingen maximaal 11 uur duren. Hercodering van een al gecodeerde harde schijf duurt even lang.

  • De functie "Het geheugen wissen" wist ook de beveiligingsinstellingen van het apparaat, zodat daarna apparaat- en gebruikersbeheer niet meer mogelijk zal zijn. Zorg ervoor dat de gebruikers geen gegevens op het apapraat opslaan nadat de functie "Het geheugen wissen" is afgerond.

  • Opnieuw opstarten is sneller als er geen gegevens zijn die moeten worden overgebracht naar de harde schijf en als codering is ingesteld op [Alle geg. format.], zelfs als alle gegevens op de harde schijf geformatteerd zijn. Voordat u de codering uitvoert, is het raadzaam om een reservekopie te maken van belangrijke gegevens, zoals het adresboek en alle gegevens die zijn opgeslagen in de Document Server.

  • Als het bijwerken van de coderingssleutel niet is voltooid, is de afgedrukte coderingssleutel niet geldig.

1Log in als apparaatbeheerder via het bedieningspaneel.

2Druk op [Systeeminstellingen].

3Druk op [Beheerdertoepassingen].

4Druk 3 keer op [Pijl-omlaagVolg.].

5Druk op [Coderingsinstellingen apparaatgegevens].

Schermafbeelding bedieningspaneel

6Druk op [Codeer].

Schermafbeelding bedieningspaneel

7Selecteer de gegevens die moeten worden overgezet op de harde schijf en de gegevens die niet mogen worden verwijderd.

Om alle gegevens over te zetten op de harde schrijf moet u [Alle gegevens] selecteren. Als u alleen de apparaatinstellingen wilt overzetten, selecteer dan [Alleen geg. best.sys.]. Als u alle gegevens wilt verwijderen, selecteer dan [Alle geg. format.].

8Selecteer de reservekopiemethode.

Als u [Opslaan op SD] geselecteerd hebt, plaats dan een SD-kaart in de mediasleuf aan de zijkant van het bedieningspaneel en druk op [OK] om een back-up te maken van de coderingssleutel voor de apparaatgegevens.

Raadpleeg de handleiding Snel aan de slag voor meer informatie over het plaatsen van de SD-kaart.

Als u [Afdr. op papier] geselecteerd hebt, druk dan op de [Start]-knop en druk de coderingssleutel van het apparaat af.

9Druk op [OK].

10Druk op [Afsluit.].

11Druk op [Afsluit.].

12Log uit.

13Zet het apparaat uit en vervolgens weer aan.

Het apparaat zal het converteren van de gegevens uit het geheugen starten wanneer u het apparaat aanzet. Wacht tot het bericht “Geheugenconversie is voltooid. Schakel de stroomschakelaar uit.” wordt weergegeven en schakel dan de hoofdstroomschakelaars weer uit.

Voor meer informatie over het uitschakelen van het apparaat, zie de handleiding Snel aan de slag.