Koptekst overslaan
 

Voorkomen dat documenten onbeheerd achterblijven of per ongeluk worden meegenomen

Als een afdruktaak naar het apparaat gestuurd wordt, kunt u opgeven of het document altijd in het apparaat opgeslagen moet worden zonder het af te drukken of het afdrukken ervan wilt annuleren. De documenten die automatisch op het apparaat zijn opgeslagen worden pas afgedrukt als u het bedieningspaneel gebruikt om ze af te drukken, om te voorkomen dat documenten onbeheerd in de lade blijven liggen of dat iemand ze per ongeluk meeneemt.

Als een document een Normale afdruk, Testafdruk of Opgeslagen afdruk is, kan het afgedrukt worden. De taaksoort kan opgegeven worden in de lijst "Taaksoort:" van het printerstuurprogramma. Raadpleeg voor meer informatie Documenten op de harde schijf opslaan en ze dan afdrukken.

1Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].

Afbeelding van de knop Gebruikersinstellingen

2Druk op [Printereigensch.].

3Druk op het tabblad [Systeem].

4Druk herhaaldelijk op [Pijl-omlaagVolgende] todat [Directe afdruktaken beperken] verschijnt.

5Druk op [Directe afdruktaken beperken].

6Selecteer [Taken autom. opslaan] of [Alle dir. afdr.tkn annul.].

7Druk op [OK].

8Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].

Opmerking

  • Voor informatie over de items die geconfigureerd kunnen worden, zie Systeem.

  • Als [Taken autom. opslaan] is geselecteerd, varieert de opslagmethode afhankelijk van het opgegeven documenttype.

  • Indien [Alle dir. afdr.tkn annul.] is opgegeven, worden alle afdruktaken geannuleerd. U kunt de namen van de geannuleerde taken in het foutenlogboek bekijken.