Druk op [Verzendinstell.].

Druk vier keer op [
] en vervolgens op [Sel.opgesl.best.].
U kunt ook [Opgesl. bestand beheren/verw.] selecteren.
Selecteer het document waarvan u een voorvertoning wilt bekijken.
Druk op [
] om te schakelen naar het scherm met miniatuurweergave.
Als u een document met een wachtwoord selecteert, voert u het wachtwoord in met de cijfertoetsen en drukt u vervolgens op [OK].
Druk op [Voorvertoning].
Controleer de voorvertoning.
Druk op [
] (uitzoomen) of [
] (inzoomen) om de voorvertoning van de afbeelding te verkleinen of te vergroten.
Druk op [
] [
] [
] [
] om door de voorvertoningsafbeelding te scrollen.
Druk op [Schakel weergave best.] als u een ander geselecteerd bestand wilt weergeven.
Druk op [Schakel weergave pag.] als u een andere pagina wilt weergeven.
Druk op [Afsluiten].
Druk twee keer op [OK].
![]()
Wanneer afbeeldingsbestanden beschadigd zijn of groter zijn dan A3, worden ze niet weergegeven in het voorvertoningscherm.
Wanneer u originelen met meerdere pagina's van verschillende formaten hebt opgeslagen zonder gebruik te maken van de functie Gemengde formaten, kan het weergegeven formaat afwijken van het feitelijke formaat voor pagina's na de eerste pagina.