Vorige
Geeft de papierinvoerlocatie op die voor het afdrukken wordt gebruikt.
Formatteren
tray=paper input location number
Waarde en gedrag
Geeft een nummer op van de papierinvoerlocatie. Papier wordt ingevoerd vanaf de papierinvoerlocatie met het opgegeven nummer.
Instelling |
Geselecteerde papierinvoerlocatie |
|---|---|
1 |
Papierinvoer 1: Normaal (Staand) |
2 |
Papierinvoer 1: Normaal (Liggend) |
3 |
Papierinvoer 1: Aangepast formaat |
4 |
Papierinvoer 2: Normaal (Staand) |
5 |
Papierinvoer 2: Normaal (Liggend) |
6 |
Papierinvoer 2: Aangepast formaat |
T |
Handinvoer |
Verklaring
Als er zich in de hier opgegeven papierinvoerlocatie papier bevindt dat niet op dit apparaat gebruikt kan worden, of als het papier van een formaat en/of type is dat niet door RTIFF wordt ondersteund, wordt deze afdrukoptie genegeerd en wordt papier ingevoerd vanuit de papierinvoerlocatie die op het bedieningspaneel van het apparaat wordt aangegeven.
Als deze afdrukoptie wordt opgegeven, worden de volgende opties die op het bedieningspaneel van het apparaat worden geconfigureerd, genegeerd: "1. Papierinvoerlocatie selecteren", "2. Papierformaat", "U. Autom. pap.sel" en "V. Autom. pap.sel: Marge-afwijking".
Als de afdrukoptie "paper" of "autopaper" tegelijkertijd is opgegeven met "tray", wordt afdrukoptie "tray" genegeerd.
Als Geroteerd sorteren in PJL of de relevante afdrukoptie daarvan is opgegeven, is het mogelijk dat het papier vanuit een andere papierinvoerlocatie wordt ingevoerd dan de door u geselecteerde locatie.
Als Papierinvoer automatisch wisselen geactiveerd is, is het mogelijk dat het papier vanuit een andere papierinvoerlocatie wordt ingevoerd dan de door u geselecteerde locatie. Om op papier van een bepaalde papierinvoerlocatie af te drukken, selecteert u "Automatisch" of "Uit" in "4. Papierinvoer automatisch wisselen" op het RTIFF-menu, of geeft u de afdrukoptie "noautotray" op.
Waarden 4, 5 en 6 kunnen alleen worden ingesteld als optionele papierinvoerlocatie 2 is bevestigd.
