Nadat u een document hebt aangemaakt, opent u het dialoogvenster [Voorkeursinstellingen] in de oorspronkelijke toepassing van het document.
Voor meer informatie over het weergeven van het dialoogvenster [Afdrukvoorkeuren], zie Het dialoogvenster met afdrukvoorkeuren weergeven in een toepassing.
Klik op het tabblad [Uitgebreide Instelling].
Klik in het venster "Menu:" op het pictogram [Bewerken].
Stel de handige afdrukfuncties in.
Om de functie Combineren in te stellen, selecteert u het combinatiepatroon uit de lijst "Lay-out:" en geeft u vervolgens de methode voor het combineren van de pagina's op in de lijst "Paginavolgorde:".
Om de dubbelzijdige afdrukfunctie in te stellen, selecteert u de inbindmethode voor de uitgevoerde pagina's in de lijst "Dubbelzijdig:".
Om boekjes te maken, selecteert u [Uit] in de lijst "Dubbelzijdig:". Selecteer vervolgens [Tijdschrift] in de lijst "Boekje:".
Om de posterfunctie met PCL 6-printerstuurprogramma in te stellen, selecteert u [Uit] in de lijst "dubbelzijdige:". Selecteer vervolgens de lay-out in de lijst "Poster:".
Wijzig andere afdrukinstellingen indien nodig. Zie de helpfunctie van het printerstuurprogramma voor verdere informatie.
Klik op [OK].
Begin met afdrukken vanuit het dialoogvenster [Afdrukken] van de toepassing.
Voor meer informatie over de afdrukfunctie Combineren, zie Meerdere pagina's op één pagina afdrukken.
Voor meer informatie over de dubbelzijdige afdrukfunctie, zie Dubbelzijdig afdrukken.
Voor meer informatie over de functie boekjes afdrukken, zie Boekjes afdrukken.
Voor meer informatie over de posterfunctie, zie Poster.