Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop.
Druk op [Adresboekmanagement].
Druk op [Wijzigen].
Druk op [Map].
Selecteer de naam van de map die u wilt wijzigen.
Druk op de naamtoets of voer het geregistreerde nummer in met de cijfertoetsen.
U kunt zoeken op basis van geregistreerde naam, gebruikerscode, faxnummer, mapnaam, e-mailadres of IP-faxbestemming.
Druk op [Map].
Druk onder Pad op [Invoeren].
Selecteer de items die u wilt wijzigen.
Wanneer u een map opgeeft, voer dan het pad rechtstreeks in of selecteer het door naar het netwerk te verwijzen. Zie voor meer informatie Handmatig de SMB-map localiseren en De SMB-map localiseren met Bladeren door netwerk.
Druk op [Verbindingstest] om te controleren of het pad goed is ingesteld.
Druk op [Afsluiten].
Druk drie keer op [OK].
Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop.
![]()
Om de naam, toetsweergave en titel te wijzigen, zie Gebruikersinformatie registreren.
Voor meer informatie over toegang tot de Systeeminstellingen, zie Gebruikersinstellingen openen.