Gebruik het PostScript 3-stuurprogramma om bestanden af te drukken.
U kunt de volgende functies gebruiken in het dialoogvenster [Afdrukken]:
Papierformaat
Gebruik deze functie om het papierformaat te selecteren.
Invoerlade
Gebruik deze functie om de lade te selecteren van waaruit u papier wilt invoeren.
U kunt [Automatische selectie], [Lade 1], [Lade 2] of [Handinvoer] selecteren.
Papiersoort
Gebruik deze functie om de papiersoort te selecteren.
In de lijst [Eigenschappensets] selecteert u [Papiertype] en vervolgens selecteert u in de lijst [Media Type] het papiertype die u voor afdrukken wilt gebruiken.
Duplex
Gebruik deze functie om op beide zijden af te drukken. In het snelkeuzemenu selecteert u [Opmaak] en vervolgens het bindpatroon in het gebied [Tweezijdig]. Binden kan op zowel de korte als de lange zijde met deze functie.
Afdrkwal.
Gebruik deze optie om de afdrukkwaliteit in te stellen.
In de lijst [Eigenschappensets] selecteert u [Beeldcompositie] en vervolgens selecteert u in de lijst [Afdrkwal.] de afdrukkwaliteit.
U kunt [600 × 600 dpi] of [1200 × 1200 dpi] selecteren.
Dithering
Gebruik deze functie om de weergavemodus op te geven.
Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Dithering] en vervolgens in de lijst [Dithering] de weergavemodus.
U kunt [Automatisch], [Fotografisch] of [Tekst] selecteren.
Toner besparen
Met deze functie zorgt u dat minder toner wordt gebruikt bij het afdrukken.
Om het tonerverbruik te beperken, kunt u [Toner] in de lijst [Kenmerksets] selecteren. Stel vervolgens [Tonerbesparen] in op [Aan].
Gradatie
Gebruik deze functie om de kwaliteit van de uitvoer aan te passen.
U kunt [1 bit] of [2 bits] selecteren.
Lege pagina's afdrukken
Gebruik deze functie om lege pagina's af te drukken.
Om lege pagina's af te drukken, selecteert u [Toner] in de lijst [Kenmerksets]. Stel vervolgens [Lege pagina's afdrukken] in op [Aan].
Watermerk Type
Gebruik deze functie om de watermerkstijl te selecteren.
Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Watermerk tekst] en selecteer vervolgens het watermerktype uit de lijst.
Selecteer [Omtrek], [Vast] of [Transparante tekst].
Watermerk tekst
Gebruik deze functie om de tekst voor het watermerk te selecteren.
Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Watermerk tekst] en selecteer vervolgens de watermerktekst uit de lijst.
U kunt de volgende tekst selecteren:
VERTROUWELIJK
SPOED
ONTWERP
ORIGINEEL
KOPIE
Watermerk Fontgrootte (punten)
Gebruik deze functie om de fontgrootte van het watermerk te bepalen.
Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Watermerk tekst] en selecteer vervolgens de fontgrootte van het watermerk uit de lijst.
Watermerk Letter Font
Gebruik deze functie om het letterfont van het watermerk te selecteren.
Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Watermerk tekst] en selecteer vervolgens het lettertype voor het watermerk.
Watermerk Schaduw Font
Gebruik deze functie om de schaduwfont van het watermerk te bepalen.
Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Watermerk tekst] en selecteer vervolgens de schaduwfont van het watermerk uit de lijst.
Watermerkpositie
Gebruik deze functie om de positie van het watermerk te bepalen.
Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Watermerk Locatie]. Selecteer vervolgens in de lijsten [Watermerk Positie (Horizontaal)] en [Watermerk Positie (Verticaal)] de horizontale en verticale posities.
Watermerk Hoek
Gebruik deze functie om de hoek van het watermerk te bepalen.
Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Watermerk Locatie] en selecteer vervolgens de watermerkhoek uit de lijst.
Watermerk
Gebruik deze functie om op te geven welke pagina of pagina's moeten worden voorzien van een watermerk.
Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Watermerk Locatie] en selecteer vervolgens in de lijst [Watermerk] welke pagina of pagina's u wilt voorzien van een watermerk.
Selecteer [Uit], [Alleen eerste pagina] of [Alle pagina's].
Optionele lade
Gebruik deze functie om een optionele papierinvoereenheid te specificeren.