Koptekst overslaan
 

Instell. papierlade

Dit gedeelte beschrijft de gebruikersinstellingen in het menu Instell. papierlade onder Systeeminstellingen.

Belangrijk

  • Als het opgegeven papierformaat verschilt van het papier dat in de papierlade is geplaatst, kan er een papierstoring optreden omdat het juiste papierformaat niet kan worden vastgesteld.

Papierladeprioriteit: Kopieerapparaat (Kopieerapparaat/Documentserver)

Geef de lade op waaruit papier voor uitvoer moet worden geleverd.

Standaardinstelling: [Lade 1]

Papierladeprioriteit: Fax (Fax)

Geef de lade op waaruit papier voor uitvoer moet worden geleverd.

Standaardinstelling: [Lade 1]

Papierladeprioriteit: Printer (Printer)

Geef de lade op waaruit papier voor uitvoer moet worden geleverd.

Standaardinstelling: [Lade 1]

Papierformaat lade: Lade 2

Selecteer het formaat van het papier dat in de papierlade is geplaatst.

De papierformaten die u kunt instellen voor lade 2 zijn als volgt:

  • [Autodetectie]

  • A3Liggend, A4Staand, A4Liggend, A5Staand, B4 JISLiggend, B5 JISStaand, B5 JISLiggend, C5 EnvStaand,

    11 × 17Liggend, 11 × 15Liggend, 10 × 14Liggend, 81/2 × 14Liggend, 81/2 × 13Liggend,

    81/2 × 11Staand, 81/2 × 11Liggend, 81/4 × 14Liggend, 81/4 × 13Liggend,

    8 × 13Liggend, 8 × 10Liggend, 71/4 × 101/2Staand, 71/4 × 101/2Liggend, 41/8 × 91/2Staand,

    8KLiggend, 16KStaand, 16KLiggend

  • [Aangep. formaat]

Standaardinstelling: [Autodetectie]

U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 182,0 - 297,0 mm verticaal en tussen 148,0 - 432,0 mm horizontaal.

Voor meer informatie over automatisch detecteren van het papierformaat, zie de handleiding Over dit apparaat.

Papierformaat lade: Lade 3-4 (indien de lagere papierlades zijn geïnstalleerd.)

Selecteer het formaat van het papier dat in de papierlade is geplaatst.

Voor lade 3 - 4 kunt u de volgende papierformaten instellen:

  • [Autodetectie]

  • A3Liggend, A4Staand, A4Liggend, A5Staand, B4 JISLiggend, B5 JISStaand, B5 JISLiggend, C5 EnvStaand,

    11 × 17Liggend, 11 × 15Liggend, 10 × 14Liggend, 81/2 × 14Liggend, 81/2 × 13Liggend,

    81/2 × 11Staand, 81/2 × 11Liggend, 81/4 × 14Liggend, 81/4 × 13Liggend,

    8 × 13Liggend, 8 × 10Liggend, 71/4 × 101/2Staand, 71/4 × 101/2Liggend, 41/8 × 91/2Staand,

    8KLiggend, 16KStaand, 16KLiggend

  • [Aangep. formaat]

Standaardinstelling: [Autodetectie]

U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 182,0 - 297,0 mm verticaal en tussen 148,0 - 432,0 mm horizontaal.

Voor meer informatie over automatisch detecteren van het papierformaat, zie de handleiding Over dit apparaat.

Papierformaat lade: Lade 3 (indien de onderste papierlade is geïnstalleerd.) (Type 1 en 2)

Selecteer het formaat van het papier dat in de papierlade is geplaatst.

De papierformaten die u kunt instellen voor lade 3 zijn als volgt:

  • [Autodetectie]

  • A3Liggend, A4Staand, A4Liggend, A5Staand, B4 JISLiggend, B5 JISStaand, B5 JISLiggend, C5 EnvStaand,

    11 × 17Liggend, 11 × 15Liggend, 10 × 14Liggend, 81/2 × 14Liggend, 81/2 × 13Liggend,

    81/2 × 11Staand, 81/2 × 11Liggend, 81/4 × 14Liggend, 81/4 × 13Liggend,

    8 × 13Liggend, 8 × 10Liggend, 71/4 × 101/2Staand, 71/4 × 101/2Liggend, 41/8 × 91/2Staand,

    8KLiggend, 16KStaand, 16KLiggend

  • [Aangep. formaat]

Standaardinstelling: [Autodetectie]

U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 182,0 - 297,0 mm verticaal en tussen 148,0 - 432,0 mm horizontaal.

Voor meer informatie over automatisch detecteren van het papierformaat, zie de handleiding Over dit apparaat.

Papierformaat lade: Lade 2-4 (indien de lade voor papier van klein formaat is geïnstalleerd.)

Selecteer het formaat van het papier dat in de papierlade is geplaatst.

De papierformaten die u kunt instellen voor lade 2-4 zijn als volgt:

  • A4Liggend, A5Staand, A5Liggend, A6Liggend, B5 JISLiggend, B6 JISLiggend,

    C5 EnvLiggend, C6 EnvStaand, C6 EnvLiggend, DL EnvStaand, DL EnvLiggend,

    81/2 × 11Liggend, 71/4 × 101/2Liggend, 51/2 × 81/2Liggend,

    41/8 × 91/2Liggend, 37/8 × 71/2Staand, 37/8 × 71/2Liggend

  • [Aangep. formaat]

Standaardinstelling:

RegionA icon(voornamelijk in Europa en Azië)

[A4Liggend]

U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 100,0 - 220,0 mm verticaal en tussen 148,0 - 432,0 mm horizontaal.

U kunt de onderste papierlade niet vervangen door de papierlade voor klein papier.

Printer handinvoer papierformaat

Geef het papierformaat op dat u in de handinvoer hebt geplaatst wanneer u gegevens vanaf de computer afdrukt.

De papierformaten die u in de handinvoer kunt plaatsen, zijn:

  • [Autodetectie]

  • A3Liggend, A4Staand, A4Liggend, A5Staand, A5Liggend, A6Liggend, B4 JISLiggend, B5 JISStaand, B5 JISLiggend, B6 JISLiggend,

    C5 EnvStaand, C5 EnvLiggend, C6 EnvStaand, C6 EnvLiggend, DL EnvStaand, DL EnvLiggend, 12 × 18Liggend,

    11 × 17Liggend, 11 × 15Liggend, 10 × 14Liggend, 81/2 × 14Liggend, 81/2 × 13Liggend,

    81/2 × 11Staand, 81/2 × 11Liggend, 81/4 × 14Liggend, 81/4 × 13Liggend,

    8 × 13Liggend, 8 × 10Liggend, 71/4 × 101/2Staand, 71/4 × 101/2Liggend,

    51/2 × 81/2Liggend, 41/8 × 91/2Staand, 41/8 × 91/2Liggend, 37/8 × 71/2Staand, 37/8 × 71/2Liggend,

    8KLiggend, 16KStaand, 16KLiggend

  • [Aangep. formaat]

Standaardinstelling: [Autodetectie]

Voor meer informatie over automatisch detecteren van het papierformaat, zie de handleiding Over dit apparaat.

U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 90,0 en 305,0 mm verticaal, en tussen 148,0 en 600,0 mm horizontaal.

Voordat gebruikers een horizontale dimensie van 600-1260 mm kunnen opgeven in "Aangepast formaat", moeten andere instellingen eerst worden opgegeven. Voor meer informatie over het opgeven van papierformaten dient u contact op te nemen met uw verkoop- of servicevertegenwoordiger.

Papiertype: Handinvoer

Stel het display in zodat u kunt zien welk papiertype in de Handinvoer is geplaatst.

De papiersoorten die u in de handinvoer kunt plaatsen, zijn:

  • [Niet weergeven], [Gerecycled pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Etiketten], [Voorbedr. pap.], [Bankpost], [Karton], [OHP (Transparant)], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3], [Envelop], [Gecoat papier], [Gecoat pap: Glns]

De papierdiktes die u in de handinvoer kunt plaatsen, zijn:

  • [Dun papier] (52 - 59 g/m2, 14 - 15 lb. bankpost)

  • [Normaal papier] (60 - 81 g/m2, 16 - 20 lb. bankpost)

  • [Medium dik] (82 - 105 g/m2, 20 - 28 lb. bankpost)

  • [Dik papier 1] (106 - 169 g/m2, 28 lb. bankpost - 90 lb. Index)

  • [Dik papier 2] (170 - 220 g/m2, 65 - 80 lb. kaft)

  • [Dik papier 3] (221 - 256 g/m2, 80 lb. kaft - 140 lb. Index)

  • [Dik papier 4] (257 - 300 g/m2, 140 lb. Index - 110 lb. kaft)

Standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].

Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Normaal papier]

Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].

Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Ja].

Als u [Envelop] hebt geselecteerd als "Papiertype", worden [Dun papier] en [Normaal papier] niet weergegeven.

Als [Gecoat papier] is geselecteerd bij "Papierdikte", worden [Dun papier], [Normaal papier] en [Medium dik] niet weergegeven.

Als u [OHP (Transparanet)] of [Gecoat pap: Glns] selecteert, is "Papierdikte" niet beschikbaar.

Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdiktes, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Papiertype: Lade 1

Stel het display zodanig in dat u kunt zien welk papiertype in papierlade 1 is geplaatst.

De informatie wordt door de printer gebruikt om automatisch de lade met het geschikte papier te kiezen.

De papiertypen die u kunt instellen voor lade 1 zijn als volgt:

  • [Niet weergeven], [Gerecycled pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Voorbedr. pap.], [Bankpost], [Karton], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3], [Gecoat pap: Glns]

De papierdiktes die u kunt instellen voor lade 1 zijn als volgt:

  • [Dun papier] (52 - 59 g/m2, 14 - 15 lb. bankpost)

  • [Normaal papier] (60 - 81 g/m2, 16 - 20 lb. bankpost)

  • [Medium dik] (82 - 105 g/m2, 20 - 28 lb. bankpost)

  • [Dik papier 1] (106 - 169 g/m2, 28 lb. bankpost - 90 lb. Index)

  • [Dik papier 2] (170 - 220 g/m2, 65 - 80 lb. kaft)

  • [Dik papier 3] (221 - 256 g/m2, 80 lb. kaft - 140 lb. Index)

Standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].

Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Normaal papier]

Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].

Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Ja].

Als u [Gecoat pap: Glns] selecteert, is "Papierdikte" niet beschikbaar.

Er verschijnt een merkteken naast de papierlade als u [Nee] hebt geselecteerd in "Autopapierselec. toepassen".

Onder de kopieerfunctie is "Autopapierselec. toepassen" alleen beschikbaar als [Niet weergeven] of [Gerecycled pap.] als papiertype is geselecteerd. "Autopapierselec. toepassen" is niet beschikbaar als deze instelling of "Duplex toepassen" is ingesteld op [Nee] of als [Aangepast formaat] als papierformaat is geselecteerd.

Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdiktes, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Papiertype: Lade 2

Stel het display zodanig in dat u kunt zien welk papiertype in lade 2 is geplaatst.

De informatie wordt door de printer gebruikt om automatisch de lade met het geschikte papier te kiezen.

De papiertypen die u kunt instellen voor lade 2 zijn als volgt:

  • [Niet weergeven], [Gerecycled pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Voorbedr. pap.], [Bankpost], [Karton], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3], [Envelop], [Gecoat pap], [Gecoat pap: Glns]

De papierdiktes die u kunt instellen voor lade 2 zijn als volgt:

  • [Dun papier] (52 - 59 g/m2, 14 - 15 lb. bankpost)

  • [Normaal papier] (60 - 81 g/m2, 16 - 20 lb. bankpost)

  • [Medium dik] (82 - 105 g/m2, 20 - 28 lb. bankpost)

  • [Dik papier 1] (106 - 169 g/m2, 28 lb. bankpost - 90 lb. Index)

  • [Dik papier 2] (170 - 220 g/m2, 65 - 80 lb. kaft)

  • [Dik papier 3] (221 - 256 g/m2, 80 lb. kaft - 140 lb. Index)

Standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].

Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Normaal papier]

Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].

Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Ja].

Als [Speciaal papier 2] is geselecteerd als "Papiertype", worden [Dik papier 2] en [Dik papier 3] niet weergegeven.

Als u [Envelop] hebt geselecteerd als "Papiertype", worden [Dun papier] en [Normaal papier] niet weergegeven.

Als [Gecoat papier] is geselecteerd als "Papiertype", worden [Dun papier], [Normaal papier] en [Medium dik] niet weergegeven.

Als u [Gecoat pap: Glns] selecteert, is "Papierdikte" niet beschikbaar.

Er verschijnt een merkteken naast de papierlade als u [Nee] hebt geselecteerd in "Autopapierselec. toepassen".

Onder de kopieerfunctie is "Autopapierselec. toepassen" alleen beschikbaar als [Niet weergeven] of [Gerecycled pap.] als papiertype is geselecteerd. "Autopapierselec. toepassen" is niet beschikbaar als deze instelling of "Duplex toepassen" is ingesteld op [Nee] of als [Aangepast formaat] als papierformaat is geselecteerd.

Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdiktes, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Papiertype: Lade 3 - 4 (indien de onderste papierlades zijn geïnstalleerd.)

Stel het display zodanig in dat u kunt zien welk papiertype in papierlade 3 - 4 is geplaatst.

De informatie wordt door de printer gebruikt om automatisch de lade met het geschikte papier te kiezen.

De papiertypen die u kunt instellen voor lade 3 - 4 zijn als volgt:

  • [Niet weergeven], [Gerecycled pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Voorbedr. pap.], [Bankpost], [Karton], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3], [Envelop], [Gecoat pap], [Gecoat pap: Glns]

De papierdiktes die u kunt instellen voor lade 3 - 4 zijn als volgt:

  • [Dun papier] (52 - 59 g/m2, 14 - 15 lb. bankpost)

  • [Normaal papier] (60 - 81 g/m2, 16 - 20 lb. bankpost)

  • [Medium dik] (82 - 105 g/m2, 20 - 28 lb. bankpost)

  • [Dik papier 1] (106 - 169 g/m2, 28 lb. bankpost - 90 lb. Index)

  • [Dik papier 2] (170 - 220 g/m2, 65 - 80 lb. kaft)

  • [Dik papier 3] (221 - 256 g/m2, 80 lb. kaft - 140 lb. Index)

Standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].

Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Normaal papier]

Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].

Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Ja].

Als [Speciaal papier 2] is geselecteerd als "Papiertype", worden [Dik papier 2] en [Dik papier 3] niet weergegeven.

Als u [Envelop] hebt geselecteerd als "Papiertype", worden [Dun papier] en [Normaal papier] niet weergegeven.

Als [Gecoat papier] is geselecteerd als "Papiertype", worden [Dun papier], [Normaal papier] en [Medium dik] niet weergegeven.

Als u [Gecoat pap: Glns] selecteert, is "Papierdikte" niet beschikbaar.

Er verschijnt een merkteken naast de papierlade als u [Nee] hebt geselecteerd in "Autopapierselec. toepassen".

Onder de kopieerfunctie is "Autopapierselec. toepassen" alleen beschikbaar als [Niet weergeven] of [Gerecycled pap.] als papiertype is geselecteerd. "Autopapierselec. toepassen" is niet beschikbaar als deze instelling of "Duplex toepassen" is ingesteld op [Nee] of als [Aangepast formaat] als papierformaat is geselecteerd.

Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdiktes, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Papiertype: Lade 3 (indien papierlade 3 (LCT) is geïnstalleerd.)

Stel het display zodanig in dat u kunt zien welk papiertype in lade 3 (LCT) is geplaatst.

De informatie wordt door de printer gebruikt om automatisch de lade met het geschikte papier te kiezen.

De papiertypen die u kunt instellen voor lade 3 (LCT) zijn als volgt:

  • [Niet weergeven], [Gerecycled pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Voorbedr. pap.], [Bankpost], [Karton], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3], [Gecoat papier], [Gecoat pap: Glns]

De papierdiktes die u kunt instellen voor lade 3 zijn als volgt:

  • [Dun papier] (52 - 59 g/m2, 14 - 15 lb. bankpost)

  • [Normaal papier] (60 - 81 g/m2, 16 - 20 lb. bankpost)

  • [Medium dik] (82 - 105 g/m2, 20 - 28 lb. bankpost)

  • [Dik papier 1] (106 - 169 g/m2, 28 lb. bankpost - 90 lb. Index)

  • [Dik papier 2] (170 - 220 g/m2, 65 - 80 lb. kaft)

  • [Dik papier 3] (221 - 256 g/m2, 80 lb. kaft - 140 lb. Index)

Standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].

Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Normaal papier]

Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].

Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Ja].

Als [Speciaal papier 2] is geselecteerd als "Papiertype", worden [Dik papier 2] en [Dik papier 3] niet weergegeven.

Als [Gecoat papier] is geselecteerd als "Papiertype", worden [Dun papier], [Normaal papier] en [Medium dik] niet weergegeven.

Als u [Gecoat pap: Glns] selecteert, is "Papierdikte" niet beschikbaar.

Er verschijnt een merkteken naast de papierlade als u [Nee] hebt geselecteerd in "Autopapierselec. toepassen".

Onder de kopieerfunctie is "Autopapierselec. toepassen" alleen beschikbaar als [Niet weergeven] of [Gerecycled pap.] als papiertype is geselecteerd. "Autopapierselec. toepassen" is niet beschikbaar als deze instelling of "Duplex toepassen" is ingesteld op [Nee].

Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdiktes, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Papiertype: Lade 3 (indien de onderste papierlade is geïnstalleerd.) (Type 1 en 2)

Stel het display zodanig in dat u kunt zien welk papiertype in lade 3 is geplaatst.

De informatie wordt door de printer gebruikt om automatisch de lade met het geschikte papier te kiezen.

De papiertypen die u kunt instellen voor lade 3 zijn als volgt:

  • [Niet weergeven], [Gerecycled pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Voorbedr. pap.], [Bankpost], [Karton], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3], [Envelop], [Gecoat pap], [Gecoat pap: Glns]

De papierdiktes die u kunt instellen voor lade 3 zijn als volgt:

  • [Dun papier] (52 - 59 g/m2, 14 - 15 lb. bankpost)

  • [Normaal papier] (60 - 81 g/m2, 16 - 20 lb. bankpost)

  • [Medium dik] (82 - 105 g/m2, 20 - 28 lb. bankpost)

  • [Dik papier 1] (106 - 169 g/m2, 28 lb. bankpost - 90 lb. Index)

  • [Dik papier 2] (170 - 220 g/m2, 65 - 80 lb. kaft)

  • [Dik papier 3] (221 - 256 g/m2, 80 lb. kaft - 140 lb. Index)

Standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].

Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Normaal papier]

Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].

Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Ja].

Als [Speciaal papier 2] is geselecteerd als "Papiertype", worden [Dik papier 2] en [Dik papier 3] niet weergegeven.

Als u [Envelop] hebt geselecteerd als "Papiertype", worden [Dun papier] en [Normaal papier] niet weergegeven.

Als [Gecoat papier] is geselecteerd als "Papiertype", worden [Dun papier], [Normaal papier] en [Medium dik] niet weergegeven.

Als u [Gecoat pap: Glns] selecteert, is "Papierdikte" niet beschikbaar.

Er verschijnt een merkteken naast de papierlade als u [Nee] hebt geselecteerd in "Autopapierselec. toepassen".

Onder de kopieerfunctie is "Autopapierselec. toepassen" alleen beschikbaar als [Niet weergeven] of [Gerecycled pap.] als papiertype is geselecteerd. "Autopapierselec. toepassen" is niet beschikbaar als deze instelling of "Duplex toepassen" is ingesteld op [Nee] of als [Aangepast formaat] als papierformaat is geselecteerd.

Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdiktes, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Papiertype: LCT (indien de LCT is geïnstalleerd.)

Stel het display zodanig in dat u kunt zien welk papiertype in de LCT is geplaatst.

De informatie wordt door de printer gebruikt om automatisch de lade met het geschikte papier te kiezen.

De papiertypen die u kunt instellen voor de LCT zijn de volgende:

  • [Niet weergeven], [Gerecycled pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Voorbedr. pap.], [Bankpost], [Karton], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3], [Gecoat papier], [Gecoat pap: Glns]

De papierdiktes die u kunt instellen voor de LCT zijn de volgende:

  • [Normaal papier] (60 - 81 g/m2, 16 - 20 lb. bankpost)

  • [Medium dik] (82 - 105 g/m2, 20 - 28 lb. bankpost)

  • [Dik papier 1] (106 - 169 g/m2, 28 lb. bankpost - 90 lb. Index)

  • [Dik papier 2] (170 - 220 g/m2, 65 - 80 lb. kaft)

  • [Dik papier 3] (221 - 256 g/m2, 80 lb. kaft - 140 lb. Index)

De standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].

Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Normaal papier]

Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].

Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Ja].

Als [Speciaal papier 2] is geselecteerd als "Papiertype", worden [Dik papier 2] en [Dik papier 3] niet weergegeven.

Als [Gecoat papier] is geselecteerd als "Papiertype", worden [Normaal papier] en [Medium dik] niet weergegeven.

Als u [Gecoat pap: Glns] selecteert, is "Papierdikte" niet beschikbaar.

Er verschijnt een merkteken naast de papierlade als u [Nee] hebt geselecteerd in "Autopapierselec. toepassen".

Onder de kopieerfunctie is "Autopapierselec. toepassen" alleen beschikbaar als [Niet weergeven] of [Gerecycled pap.] als papiertype is geselecteerd. "Autopapierselec. toepassen" is niet beschikbaar als deze instelling of "Duplex toepassen" is ingesteld op [Nee].

Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdiktes, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, raadpleegt u de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.

Kaftbladlade

Hiermee kunt u opgeven en weergeven vanuit welke lade u voorbladen invoegt.

Nadat u de papierlade heeft geselecteerd, kunt u ook de weergavetijd en de kopieermethode voor dubbelzijdige kopieën kiezen.

Standaardinstelling: [Off]

Als u deze instelling [Aan] zet, let dan op het volgende:

Wanneer [Modus geselecteerd] is geselecteerd bij "Weergavetijd", verschijnen de instellingen voor de kaftbladlade alleen wanneer de voor- of achterbladfunctie of tussenbladfunctie is geselecteerd. Wanneer [Altijd] is geselecteerd, wordt de kaftbladlade altijd weergegeven.

Tussenbladlade

U kunt opgeven en weergeven welke lade wordt gebruikt om tussenbladen in te voegen.

U kunt ook de weergavetijd en de kopieermethode voor dubbelzijdige kopieën opgeven.

Standaardinstelling: [Off]

Als u deze instelling [Aan] zet, let dan op het volgende:

Wanneer [Modus geselecteerd] is geselecteerd bij"Weergavetijd", verschijnen de instellingen voor de tussenbladlade alleen wanneer de voorbladfunctie of tussenbladfunctie is geselecteerd. Wanneer [Altijd] is geselecteerd, wordt de tussenbladlade altijd weergegeven.

Opmerking

  • De papiertypes die u kunt instellen voor dit apparaat zijn [Normaal papier 1] en [Normaal papier 2]. De standaardinstelling is [Gewoon papier 2]. Raadpleeg de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen voor meer informatie over het instellen van de papierdikte.

  • Voor meer informatie over toegang tot de Systeeminstellingen raadpleegt u Gebruikersinstellingen openen.