Windows 7, Windows Server 2008 R2 - USB
U dient printerbeheerder te zijn om de stuurprogramma's te kunnen installeren. Log in als beheerder.
U kunt het printerstuurprogramma installeren vanaf de met dit apparaat meegeleverde cd-rom, of het downloaden van de website van de fabrikant.
Als het printerstuurprogramma al is geïnstalleerd, wordt plug-and-play ingeschakeld en wordt het pictogram van de printer die is aangesloten op de USB-poort toegevoegd aan het venster [Apparaten en printers].
Indien het printerstuurprogramma niet is geïnstalleerd, volgt u de plug-en-play-instructies van de printer op om deze vanaf de meegeleverde cd-rom te installeren.
Controleer of de printer uitgeschakeld is.
Sluit het apparaat op de computer aan met een USB-kabel.
Sluit de USB-kabel goed aan.
Zet het apparaat aan.
Klik in het [Start]-menu op [Apparaten en printers].
Het venster [Apparaten en printers] verschijnt.
Dubbelklik in [Niet opgegeven] op de naam van het apparaat waarvan u het stuurprogramma wilt installeren.
Klik in het dialoogvenster Printereigenschappen op het tabblad [Hardware].
Selecteer de naam van de printer waarvan u het stuurprogramma wilt installeren en klik op [Eigenschappen].
Klik op [Instellingen wijzigen].
Klik op het tabblad [Driver].
Plaats de cd-rom in het cd-romstation.
Klik op [Sluiten] als het dialoogvenster [Automatisch afspelen] wordt geopend.
Klik op [Stuurprogramma bijwerken...].
Klik op [Op mijn computer naar stuurprogramma's zoeken].
Klik op [Bladeren] om de opslaglocatie van het printerstuurprogramma te selecteren.
Als uw cd-romstation D is, worden de bronbestanden van het printerstuurprogramma opgeslagen op de volgende locaties:
PCL 5e
D:\x86 or X64\DRIVERS\PCL5e\XP_VISTA or X64\(Taal)\DISK1
PCL 6
D:\x86 or X64\DRIVERS\PCL6\XP_VISTA or X64\MUI\DISK1
PostScript 3
D:\x86 or X64\DRIVERS\PS\XP_VISTA or X64\MUI\DISK1
Het PCL 6-printerstuurprogramma wordt geïnstalleerd in de taal van het besturingssysteem.
Klik op [Volgende].
Wanneer het bericht [Windows kan de uitgever van deze software niet verifiëren] verschijnt bij de installatie, klik dan op [Installeer deze stuurprogrammabestanden toch].
Klik op [Sluiten].
Als de installatie is geslaagd, wordt het pictogram van de printer die op de “USB001”-poort is aangesloten, toegevoegd aan het venster [Apparaten en printers].
Om Auto Run uit te schakelen, houdt u tijdens het plaatsen van de cd-rom in het station de linker Shift-toets ingedrukt totdat de computer klaar is met het lezen van de cd-rom.
Het getal na "USB" is afhankelijk van het aantal aangesloten printers.
