Koptekst overslaan
Help
 

Instellingen voor papierdikte wijzigen

Selecteer [Norm. pap. 1] of [Nrm. pap. 2], afhankelijk van het type normaal papier.

Als u in Systeeminstellingen, [Instell. papierlade] de optie "Papierdikte" voor het [Papiertype] van elke lade instelt op [Normaal papier], moet u vervolgens [Onderhoud], [Instelling normaal papier] selecteren en, afhankelijk van de dikte van het geplaatste papier, de optie [Norm. pap. 1] of [Nrm. pap. 2] opgeven.

De standaardinstelling is Nrm. pap. 2.

Belangrijk

  • Selecteer [Norm. pap. 1] als het gewicht van het papier tussen 60 streepje 69 g/m2 is (16 streepje 18 lb. bankpost).

  • Selecteer [Norm. pap. 2] als het gewicht van het papier tussen 70 streepje 90 g/m2 is (19 streepje 24 lb. bankpost).

1Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop.

Illustratie Gebruikersinstellingen/Teller-knop

2Druk op [Onderhoud].

Schermafbeelding bedieningspaneel

3Druk op [Instelling normaal papier].

Schermafbeelding bedieningspaneel

4Selecteer afhankelijk van het papier dat u wilt instellen het type normaal papier voor elke lade, en druk op [OK].

Schermafbeelding bedieningspaneel

5Druk op [Afsluit.].

Schermafbeelding bedieningspaneel

6Druk op [Afsluit.].

Opmerking

  • In Systeeminstellingen onder [Instell. papierlade] kunt u de “Papierdikte” van het [Papiertype] voor elke lade opgeven. Zie "Aanbevolen papierformaten en -typen" voor details over de papierdikte.