Stroom uitschakelen
In deze sectie wordt uitgelegd hoe u de stroom uitzet.
Zorg ervoor dat u de hoofdstroomschakelaar uitzet voordat u de stekker uit het stopcontact haalt. Anders kunnen de harde schijf of het geheugen beschadigd raken, wat kan leiden tot storingen.
De functie “Afsluiten” stopt het apparaat en zet het veilig uit. Met afsluiten voorkomt u schade aan het geheugen en de harde schijf. Deze schade kan optreden als de hoofdstroomschakelaar wordt uitgezet terwijl het apparaat bezig is of terwijl het in een energiebesparende stand staat. U ziet het volgende scherm als het apparaat het uitschakelen voorbereidt.
Schakel de hoofdstroomschakelaar niet uit terwijl het apparaat gegevens opslaat. Als dit wel gebeurt, kunnen de gegevens of de harde schijf beschadigd raken.
Wanneer u het apparaat hebt uitgeschakeld, wacht u enkele seconden voordat u het apparaat weer inschakelt. Als het bericht “Turn main Power Switch off” wordt weergegeven, zet u de stroom uit, wacht u minstens drie seconden en zet u de stroom weer aan. Zet het apparaat nooit onmiddellijk weer aan nadat u het apparaat hebt uitgeschakeld.
Zorg ervoor dat het indicatielampje van de aan-/uitschakelaar niet aan staat.
Zet de hoofdstroomschakelaar uit.
Het Aan/uit-indicatielampje gaat uit.
Als u de hoofdstroomschakelaar uitzet als u de faxfunctie gebruikt, kunnen fax- en afdruktaken die in de wacht staan, worden geannuleerd en kunnen binnenkomende faxdocumenten niet worden ontvangen. Als u deze schakelaar om de een of andere reden uit moet zetten, moet u ervoor zorgen dat 100% wordt getoond als beschikbaar geheugen op het scherm voordat u de hoofdschakelaar uitzet of het netsnoer verwijdert. Faxbestanden in het geheugen worden een uur nadat u de hoofdstroomschakelaar heeft uitgezet of de stekker uit het stopcontact heeft getrokken, verwijderd.
Voor meer informatie, zie Problemen oplossen.
